Wanbetalers aangepakt
Wanbetalers, lieden die het met de betaalmoraal niet zo nauw nemen, kunnen tegenwoordig wat minder gerust slapen. Schulden aan de belastingdienst en openstaande verkeersboetes worden door politie en justitie ook al aan huis geïnd. Hoe komen crediteuren aan hun geld en welke toon slaat men aan tegen wanbetalers?
Inning openstaande belastingschulden en geldboetes
Wanbetalers met openstaande geldboetes of belastingschulden kunnen zich steeds vaker op een bezoekje door de politie verheugen. Wie het openstaande bedrag niet meteen kan betalen, moet er rekening mee houden dat
spullen in beslag worden genomen. Dergelijke huisbezoeken zijn een gezamenlijke actie van politie, parketpolitie en belastingdienst in het kader van een gestructureerde aanpak onder de benaming “Afpakken”. De overheid is van mening dat criminaliteit niet mag lonen en wil overtreders “afpakken” wat verkregen is door illegale praktijken. Het ligt overigens in de bedoeling dat huisbezoeken door politie en belastingdienst frequenter zullen plaatsvinden. En uiteraard gebeurt dat op momenten dat men de meeste kans heeft de wanbetaler thuis aan te treffen: tijdens voetbalwedstrijden van Oranje of rond de feestdagen.
Beter niet te lang wachten met aanmaningen
Terwijl belastingdienst en politie dus heel nadrukkelijk aan de weg timmeren als het gaat om openstaande vorderingen, hoort "achter je
geld aangaan" in het bedrijfsleven niet tot de meest favoriete bezigheden. Men wil zich met al te haastige herinneringen niet de woede van klanten op de hals halen. Toch is het raadzaam om met het versturen van aanmaningen niet al te lang te wachten. Bij klanten uitstaande vorderingen hebben al menig bedrijf in de financiële problemen gebracht. Veel klanten voelen het aan wanneer een leverancier treuzelt met het binnenhalen van zijn openstaande vorderingen en benutten uiterste betaaltermijnen tot en met de laatste dag.
Als crediteur hoeft men zich niet te verontschuldigen
Ook bij het formuleren van een onaangename boodschap hebben veel ondernemers het moeilijk. Met teksten als: "Mocht deze brief uw betaling hebben gekruist, gelieve deze dan als niet verzonden te beschouwen” of “Anders voelen wij ons genoodzaakt om de vordering uit handen te geven aan een
incassobureau" wil men niet te grof overkomen. Toch hebben zulke formuleringen in de praktijk meestal niet het beoogde effect, maar bereikt men er juist het tegenovergestelde mee: men wordt niet serieus genomen.
Want het staat buiten kijf dat elke instelling die een prestatie levert, ook stipt op tijd betaald hoort te worden en zich niet hoeft te verontschuldigen als men een achterstallige betaler een herinnering stuurt. Bedien u dus van begrijpelijke formuleringen en duidelijke termijnen. Veel bedrijven hanteren trouwens vertragingsrente en dreigen met
incassokosten. Maar dreigen haalt in dit verband niet zo veel uit.
Incassoprocedure als ultieme middel
Blijven alle aanmaningen zonder effect, bel dan uw klant op voordat u een incassoprocedure opstart. Een brief kan men opzij leggen. Bij persoonlijk contact moet men zich verantwoorden. Verbale herinneringen blijken in de praktijk effectief en efficiënt te zijn. Vaak biedt de klant bij die gelegenheid aan om te betalen in termijnen of verzoekt men om een langere betaaltermijn. Laat dergelijke afspraken altijd schriftelijk bevestigen. Betaalt de klant, dan heeft men zich de kosten en de moeite van een incassoprocedure bespaard. Veel bedrijven hebben goede ervaringen met deze handelwijze. Het is in ieder geval het proberen waard.