Variabel pensioen: hoog-laag pensioen
Als u met pensioen wilt gaan, kunt u kiezen voor een vast of een variabel pensioen. Een variabele pensioenuitkering, ook wel hoog-laag pensioen genoemd, maakt het mogelijk om in de eerste jaren een hogere uitbetaling te krijgen, terwijl dit na een aantal jaren lager wordt. Het grote voordeel is dat u in uw goede jaren over een hoger pensioen kunt beschikken. Kiest u voor een vast of een variabel pensioen, waar kunt u dan op letten, want er zijn wel een aantal regels en voorwaarden waarmee u rekening moet houden. Hoe groot is uw pensioenpot en wat is er mogelijk?
Een vast of een variabel pensioen
Wat is een vast pensioen?
Gedurende uw werkzame leven bouwt u een pensioenkapitaal op dat vanaf uw pensioendatum zal worden worden uitgekeerd in maandelijkse bedragen. Bij een vast pensioen weet u waar u aan toe bent, u krijgt namelijk elke maand hetzelfde bedrag en als de economie een beetje meezit en de pensioenfondsen voldoende vet op de botten hebben, dan is in de loop der tijd een verhoging van de bedragen mogelijk via indexatie aan de prijsontwikkeling in ons land. Indexatie van de pensioen is een mogelijkheid, maar geen vast recht. Sterker nog, het kan zelfs gebeuren dat de pensioenen in een jaar worden gekort als de dekkingsgraad van uw pensioenfonds te laag is. Een vast pensioen geeft dus zekerheid, maar volledige zekerheid hebt u met het vastgestelde pensioen ook weer niet.
Wat is een variabel pensioen, hoog-laag pensioen?
De pensioenwet biedt u ook de mogelijkheid om voor een variabel pensioen te kiezen. Als u eenmaal voor een variabele pensioenuitkering hebt gekozen, kunt u niet meer terug. Uw keuze ligt dan vast in een kapitaalovereenkomst met het pensioenfonds. Bij een variabel pensioen kunt u ervoor kiezen om de eerste jaren een hoger pensioen te krijgen dan bij een vast pensioen het geval zou zijn geweest, maar na een aantal jaren wordt dit pensioen lager. Logisch, het door u opgebouwde kapitaal is een gegeven en als er een aantal jaren meer pensioen wordt uitgekeerd gaat dat ten koste van de bedragen daarna. Andersom is overigens ook mogelijk: u hebt nog voldoende ander inkomen en wilt in de begingaren een lager pensioen en daarna een hoger pensioen. In de jaren dat u een lager pensioen krijgt, kan het opgebouwde kapitaal op de effectenbeurs nog aangroeien (zonder zekerheden daaromtrent overigens).
De regels bij een variabel pensioen
Het pensioenfonds kan niet oneindig schuiven met de bedragen. Belangrijke regels bij de bepaling van uw variabel pensioen zijn:
- Het aantal jaren dat u een hoog pensioen kunt krijgen mag niet meer dan 10 jaar, maar ook niet minder dan 5 jaar.
- De verhouding van het hoog-laag pensioen moet minimaal 100:75 zijn. Dat wil dus zeggen dat het laagste bedrag nog altijd tenminste 75% van het hoogste pensioenbedrag moet zijn.
Met deze twee variabelen in het achterhoofd kan er worden gerekend. De sluitpost is altijd het door u opgebouwde kapitaal, uw pensioenpot. Op uw verzoek kunnen vele berekeningen worden gemaakt, waarbij gevarieerd wordt met de looptijd van het hoge pensioen en de bedragen die u graag zou willen ontvangen.
Waarom een hoog-laag pensioen?
Of u het beste kunt kiezen voor een variabel pensioen is vooral maatwerk. Voldoende mensen voelen zich in de beginjaren van hun pensioen uitstekend en willen nog vele dingen doen. Het liefste natuurlijk nog een jaar of vijftig, maar in de praktijk blijkt de energie in de loop der tijd wat af te nemen. Tegen die achtergrond lijkt het zeer aantrekkelijk om in de beginjaren over meer geld te kunnen beschikken. Uw uitgaven zullen in de beginjaren hoger zijn en dan is het fijn dat daar ook extra inkomsten tegenover zullen staan. Sommigen denken ook aan binnen is binnen: wie denkt niet erg oud te zullen worden of misschien een kwakkelende gezondheid heeft, heeft waarschijnlijk baat bij meer geld in de beginjaren. Wie daarentegen juist denkt zeer oud te zullen worden, kan natuurlijk ook profiteren van een hoger pensioen in de beginjaren. Maar als de uitbetalingen vervolgens over de hele levensloop worden bekeken, dan ontvangt de gepensioneerde waarschijnlijk minder geld dan wanneer er voor een vast pensioen was gekozen. Wie bovendien later hoge kosten verwacht, zit waarschijnlijk niet te wachten op een lager pensioen in de toekomst.
Wat kunt u doen voor het juiste pensioen?
U kunt uw pensioenfonds altijd naar de mogelijkheden vragen van een hoog-laag pensioen, vergeet dan ook niet om te vragen wat dit betekent voor het partnerpensioen. Op basis van de bedragen die het pensioenfonds of een andere adviseur u bruto en netto voorrekent, kunt u vervolgens uw keuze maken. Betrek daarbij ook of u nog ander spaargeld of bijvoorbeeld een lijfrente-uitkering heeft. Wellicht hebt u een woning met overwaarde die u later tegen een mooie prijs kunt verkopen. Ook dat kan belangrijk zijn, want mochten de toekomstige bedragen aan pensioen tegenvallen, dan hebt u altijd nog een buffer achter de hand. Nu een hoger pensioen kan dus ook zeer aantrekkelijk zijn, maar het blijft maatwerk en hoeveel garanties wilt u hebben?
Lees verder