Dijsselbloem, voormalig voorzitter van de Eurogroep
Onze voormalig Minister van Financiën Jeroen Dijsselbloem wist als kersverse voorzitter van de Eurogroep in 2013 veel respect af te dwingen. Zijn “valse start” was snel vergeten. Alleen de precaire financiële situatie in eigen land kon hem nog parten spelen. Toch ging het Jeroen Dijsselbloem allemaal goed af en oogstte hij ook in Europa veel respect voor zijn doortastend optreden. Zijn prestaties bleven ook in ons land niet onopgemerkt. Aanvang 2019 kwam er een nieuwe uitdaging op zijn pad toen Minister Koolmees hem benoemde als voorzitter van de commissie die de rekenrente voor pensioenfondsen opnieuw moest bekijken.
Afwaardering door ratingbureau
Het slechte nieuws kwam niet onverwacht maar op wel het verkeerde moment. Op 29 november 2013 waardeerde het
ratingbureau Standard & Poor's Nederland af. In plaats van de toprating AAA, bezat ons land vanaf dan nog slechts een AA +-waardering. Natuurlijk kwam de afwaardering ook bij Minister Dijsselbloem aan als een teleurstelling. Maar hij verwachtte naar eigen zeggen geen nadelige
invloed daarvan op de rente.
Delicate aangelegenheid voor voorzitter Eurogroep
Maar een delicate aangelegenheid was het wel. Want Dijsselbloem is naast Minister van Financiën ook hoofd van de Eurogroep in Brussel. In dat lichaam hebben alle Ministers van Financiën van de 17 eurolanden zitting. Hier komen alle lijnen bij elkaar als het gaat om zaken die de gemeenschappelijke munt betreffen. Het selecte gezelschap onderhandelt over hulppakketten aan zwakke staten en schrijft paardenmiddelen voor, voor hun herstel.
Algemeen respect binnen de Eurogroep voor Dijsselbloem
Als voorzitter van de Eurogroep moest Dijsselbloem bovenal geloofwaardig zijn. En dat ging hem verrassend goed af in 2013:
- hij hekelde openlijk het gebrek aan ijver bij de eurolanden om hun huishoudboekjes te saneren;
- daarbij nam hij niet alleen Griekenland op de korrel, maar ook "euro-zwaargewicht" Frankrijk;
- en deelnemers aan het overleg meldden zelfs dat hij de Duitse minister van Financiën Wolfgang Schäuble een keer terechtwees.
Financiële situatie in eigen land kan hem opbreken
Dijsselbloem opereerde dus binnen de Eurogroep volstrekt onpartijdig. De man wist het respect te verwerven bij alle deelnemers in die groep. Maar die waardering dreigde hij weer te verliezen als hij de financiën in eigen land niet op orde kon krijgen. En die vooruitzichten waren eind 2013 uitermate somber voor Nederland:
- er was nog altijd sprake van een belabberde onroerendgoedmarkt;
- de huizenprijzen waren sedert het ontstaan van de financiële crisis in 2008 met ongeveer 20% gedaald;
- en veel banken zuchtten onder de slechte leningen;
- terwijl de Nederlandse economie volgens ramingen van de OESO in 2013 met 1,1% zouden krimpen;
- en naar verwachting zou de economie in 2014 opnieuw een krimp van 0,1% te zien geven.
Een zwakke voorzitter van de Eurogroep kon niemand gebruiken
Al in september 2013 kondigde Dijsselbloem aan dat ons land in 2014 een tekort van 3,3% van het bruto binnenlands product zou kennen. Correcte naleving van de afspraken van Maastricht daarentegen, zou een limiet van slechts 3,0% toelaten. Binnen de Eurogroep was men zich terdege bewust van de penibele situatie waarin Dijsselbloem verkeerde. Alleen zo kon worden verklaard waarom Nederland zo weinig kritiek kreeg. Een zwakke voorzitter van de Eurogroep kon immers niemand gebruiken.
Benoeming Dijsselbloem was eigenlijk uit nood geboren
Overigens zag men de
benoeming van sociaaldemocraat Dijsselbloem van meet af aan als een
noodoplossing. Consensus in plaats van kwaliteit, zo luidde het motto bij zijn keuze:
- de Duitser Wolfgang Schäuble had de baan graag gehad, maar was voor Frankrijk te Duits;
- en voor Duitsland op zijn beurt, moest “Mister Euro” komen uit een land met een "AAA"-rating,. Dat deed de Franse minister van Financiën Pierre Moscovici afvallen.
In al dat gekibbel van eurogrootmachten bleef uiteindelijk alleen Jeroen Dijsselbloem als nieuwkomer op het Europese toneel over.
Dijsselbloem, de “rode ingenieur”
Als financieel professional was de toen 47-jarige Dijsselbloem nog niet eerder opgevallen. Van huis uit
landbouweconoom, was hij pas in november 2012 benoemd tot Nederlandse
Minister van Financiën. Daarmee verraste hij zelfs veel insiders in politiek Den Haag. Want daarvoor had hij zich als politicus vooral in de kijker gespeeld met zaken als:
- de strijd tegen gewelddadige video's;
- onderhandelingen over een onderwijshervorming.
Voor een functie als opperste brandweerman in de Eurocrisis waren er meer overtuigende referenties denkbaar.
Dijsselbloem leidde commissie die rekenrente opnieuw moest bekijken
Begin 2019 was er binnen de pensioenwereld veel beroering over de lage
rekenrente die de fondsen moeten hanteren. Men had in dat verband zijn hoop gevestigd op een nieuwe pensioenakkoord. Helaas klapte het overleg daarover eind 2019. Een aantal grote metaalfondsen dreigde daardoor eind 2019 te moeten korten op de pensioenen. Nu buigt zich elke 5 jaar een speciale commissie over de rekenrente die pensioenfondsen moeten hanteren. Ook in 2019 was dat weer het geval. Vanwege de ernst van het probleem achtte Minister Koolmees van Sociale Zaken het verstandig om ditmaal 'zwaargewicht' Jeroen Dijsselbloem de commissie te laten leiden. Voor Jeroen Dijsselbloem wederom een interessante uitdaging.
Lees verder