De vermogensrendementsheffing
De vermogensrendementsheffing is een belasting op het veronderstelde rendement op uw vermogen. De overheid gaat er van uit dat het hebben van vermogen leidt tot het verkrijgen van inkomsten.
Hoe werkt het?
De vermogensrendementsheffing is een belasting op het fictieve inkomen dat gegenereerd wordt door uw vermogen. Er wordt 30% belasting geheven op een verondersteld rendement van 4%. Het is dus niet zoals veel mensen denken een belasting op het vermogen, maar op het (fictieve) rendement hierop. Daarom valt de vermogensrendementsheffing dan ook in Box 3 van de inkomstenbelasting. Omdat de rente momenteel erg laag staat klagen veel mensen dat de vermogensrendementsheffing onredelijk hoog is. De overheid heeft echter gekozen voor een fictief rendement, omdat dit veel eenvoudiger is voor de belastingdienst. Er hoeft immers niet bij elke aangifte gecontroleerd worden wat het daadwerkelijke rendement was. Als men een rendement van meer dan 4% behaalt hoeft er ook slechts over het fictieve rendement van 4% belasting betaald te worden.
De heffingsvrije grens
Niet iedereen hoeft vermogensrendementsheffing te betalen. Dit is omdat er een flinke heffingsvrije grens geldt. Alleenstaanden met een vermogen tot 21.139 euro en fiscaal partners met een vermogen van niet meer dan 42.278 euro betalen geen vermogensrendementsheffing. Mensen die een vermogen hebben wat hoger is dan deze bedragen betalen slechts over het deel wat boven de grens uit komt belasting.
Schulden in Box 3
Het is toegestaan openstaande schulden af te trekken van het vermogen in Box 3. Dit kan echter alleen met schulden die tenminste 2900 euro bedragen. Dit betekent dat het vooral met schulden onder de 2900 euro vaak interessant is om ze af te betalen. Dit zorgt er immers voor dat het vermogen en dus ook de vermogensrendementsheffing daalt.
Vrijstellingen
Geld dat gespaard wordt in pensioenproducten wordt niet belast in Box 3. Geld dat gespaard wordt voor een
overlijdensrisicoverzekering of
uitvaartverzekering telt pas mee voor de vermogensrendementsheffing als het boven 6859 euro uit komt.
Voorbeeldberekening
Fiscaal partners met een bankrekening waar 60.000 euro op staat, en een auto op afbetaling met een openstaande schuld van 11.000 euro hebben een vermogen voor de vermogensrendementsheffing van 49.000 euro. Hiervan moet het heffingsvrije bedrag van 42.278 euro afgetrokken worden. Er blijft dan 6.722 euro over. De belastingdienst verondersteld dat hierop een rendement gemaakt wordt van 4%, dus 268,88 euro. Hierover wordt dan een belasting van 30% geheven, waardoor de totale vermogensrendementsbelasting voor fiscaal partners met een belastbaar vermogen van 49.000 euro op slechts 80 euro uit komt.
Conclusie
De vermogensrendementsheffing heft belasting over het inkomen dat verkregen kan worden uit vermogen. Het is hierbij niet van belang of het vermogen ook daadwerkelijk inkomen oplevert. De hoge heffingsvrije grenzen zorgen er voor dat veel mensen nooit belasting over hun vermogensrendement zullen hoeven betalen, omdat ze niet boven de grens uit komen. Mensen die een rendement halen van meer dan 4% betalen net zo veel belasting als mensen die lagere rendementen halen. Dit zorgt ervoor dat het streven naar een hoger rendement in Nederland fiscaal gunstig is, omdat de hoogte van de belasting gelijk blijft.