Vrijstelling vermogensrendementsheffing

De consumenten die het voor elkaar krijgen om toch nog een flink kapitaal aan spaargeld op te bouwen, worden gestrafd door een belastingheffing. Alsof wij nog niet genoeg inkomstenbelasting, BTW, accijns, toeristenbelasting en dergelijke betalen, moeten wij ook nog over spaargeld en beleggingen een belasting betalen. Er geldt per belastingplichtige als troost wel een hoge vrijstelling, en daarnaast is het geen hoge heffing over het spaargeld en beleggingen. In tijden met lage spaarrentes gaat voor bedragen boven de vrijstelling, een groot deel van het rendement op aan vermogensrendementsheffing.
Wat is vermogensrendementsheffing?
Ons belastingstelsel kent drie verschillende boxen, waar verschillende inkomsten in terecht komen. Box 3 is de box waar sparen en beleggen in terecht komt. De zaken die in deze box moeten worden meegerekend zijn ruimer dan alleen sparen en beleggen, het gaat namelijk ook om vermogensbestanddelen, zoals een tweede huis. De bezittingen die boven de vrijstelling uit komen, zullen worden belast met een belastingheffing van 30 procent over het rendement. De belasting moet dus niet betaald worden over het vermogen, maar over het rendement op het vermogen.Hoe wordt het rendement op het vermogen vastgesteld?
De Belastingdienst gaat uit van een verondersteld rendement. Hoeveel rendement (of verlies) u in werkelijkheid maakt, doet niet ter zake. Standaard wordt uitgegaan van een rendement van 4 procent. Op 31 december wordt jaarlijks gekeken wat u vermogensgrondslag is voor het betreffende belastingjaar. Over dit bedrag (minus de vrijstelling) moet u 30 procent belasting gaan betalen over het rendement van 4 procent.Voorbeeld
U hebt een vermogen boven de vrijstelling van €20.000. De aanslag in box 3 bedraagt: €20.000 x 4 procent (rendement) = €800. Over dit bedrag moet 30 procent belasting betaald worden: €800 x 30 procent = €240. U kunt het eenvoudiger uitrekenen door 1,2 procent te rekenen over het kapitaal.
Hoe hoog is de vrijstelling in box 3?
Dit bedrag verschilt van jaar tot jaar. Hieronder treft u de vrijstellingsbedragen aan. De bedragen gelden per persoon. Voor belastingplichtigen boven de 65 jaar, kunnen er andere vrijstellingsbedragen gelden. Per minderjarig kind kan de vrijstelling verhoogd worden met een bedrag tussen de €2.500 en €3.000.- Vrijstelling vermogensrendementsheffing 2005 € 19.252
- Vrijstelling vermogensrendementsheffing 2006 € 19.968
- Vrijstelling vermogensrendementsheffing 2007 € 20.014
- Vrijstelling vermogensrendementsheffing 2008 € 20.315
- Vrijstelling vermogensrendementsheffing 2009 € 20.661
- Vrijstelling vermogensrendementsheffing 2010 € 20.661
- Vrijstelling vermogensrendementsheffing 2011 € 20.785
- Vrijstelling vermogensrendementsheffing 2012 € 21.139
Welke vermogensbestanddelen worden toegerekend aan box 3:
De gebruiksgoederen die u bezit voor eigen gebruik, vallen niet in box 3. Dit geldt ook voor kunstobjecten, tenzij u deze bezit als belegging. Het gaat onder andere om de volgende bezittingen:- Beleggingstegoeden (waaronder obligaties, opties en beleggingsfondsen)
- Spaartegoeden (spaarrekeningen, deposito’s)
- Onroerend goed, behalve de eigen woning
- Bezittingen die u verhuurt, bijvoorbeeld een oldtimer
- Kunst dat u bezit als belegging
- Bepaalde kapitaalverzekeringen