Marginale belastingdruk
De marginale belastingdruk voor mensen met een hoger inkomen zal door de belastingplannen van het kabinet Rutte 2 in de komende jaren stijgen tot ongeveer 60% in 2017. Maar wat verstaat men precies onder de marginale belastingdruk?
Belastingdruk hogere inkomens
Na Prinsjesdag 2013 werd er met name door CDA-voorman Buma heel wat ophef gemaakt over de toegenomen marginale belastingdruk voor hoge inkomens. Met veel gevoel voor theater suggereerde de heer Buma tijdens de algemene beschouwingen dat mensen met een inkomen van pakweg 70.000 bruto, daarover binnenkort niet minder dan 60% belasting zouden moeten afdragen. Maar dát, en dat weet ook de heer Buma, is een onjuiste voorstelling van zaken. Hoe zit het dan wél?
Het marginale belastingtarief
De marginale belasting is de belasting die we verschuldigd zijn over het
inkomen dat we extra verdienen boven een bepaalde inkomensgrens. Het is een veelgehoorde misvatting dat hiermee de belasting bedoeld is die we over ons hele inkomen moeten betalen. Ons inkomen is fiscaal gezien opgedeeld in een aantal schijven. In die opeenvolgende schijven wordt een steeds hoger percentage aan belasting betaald. Het schijventarief is dus bepalend voor de marginale belastingdruk. Het best laat zich dat verduidelijken aan de hand van een voorbeeld.
Oplopende percentages in de belastingschijven
Stel een werkgever doet twee van zijn medewerkers het voorstel om dagelijks een uurtje langer te blijven. Ze krijgen daarvoor maandelijks elk 500 euro extra erbij. Klinkt aardig, maar dat bedrag is bruto, er moet dus nog
belasting over worden betaald.
Beide werknemers kregen eenzelfde voorstel, waardoor hun bruto inkomen met 500 euro toenam. Maar wat telt, is wat ze er beiden netto van zullen overhouden. Met andere woorden: als ze één euro meer gaan verdienen, hoeveel procent belasting moeten ze daar dan over betalen?
Werknemer A geniet met een belastbare som van 55.000 een hoog inkomen. Werknemer B met 15.000 een laag inkomen. Door de progressie in het tarief van de belastingschijven moet werknemer A niet minder dan 60% van zijn 500,- afdragen, terwijl B met zijn lage inkomen maar 37,05% van zijn 500,- kwijt is aan de fiscus.
Voor meneer A geldt dus een marginaal tarief van 60% over de top van zijn inkomen, maar het is zeker niet zo dat hij over zijn hele inkomen 60% moet betalen.
Voor fiscale aftrekposten werkt het net andersom
De progressie die voor extra inkomsten geldt, geldt omgekeerd ook voor
fiscale aftrekposten! Als werknemers A en B elk 500,- euro op hun inkomen in mindering mogen brengen, zal A daardoor 300,- (60% van 500) minder belasting verschuldigd zijn. B heeft weliswaar eenzelfde aftrekpost, maar die levert hem slechts een belastingvoordeel van 185,25 (37,05% van 500) op.
Door het oplopen van percentages in de belastingschijven heeft iemand met een hoger inkomen dus méér belastingvoordeel van een aftrekpost dan iemand met een lager inkomen.
Hoe hoog is de belastingdruk in Nederland?
Vanaf 2014 wil het kabinet de belastingdruk voor nagenoeg alle inkomens verhogen, maar vooral burgers die 2 tot 3 maal modaal verdienen, zullen dat merken. Het betreft ruim 2 miljoen burgers met een inkomen hoger dan 56.000
euro. Het marginale belastingtarief over de top van hun inkomen neemt in 3 jaar tijd toe van 52 tot 59%. Dat wordt veroorzaakt door een vermindering van de algemene heffingskorting en de arbeidskorting.
In een toelichting aan de Tweede Kamer bevestigde Minister Dijsselbloem dat de marginale belastingdruk voor burgers met een bruto inkomen van ongeveer 70.000 de komende jaren kan toenemen van 52 naar 60%. Door de maatregelen van de coalitie zullen deze hogere inkomens fiks meer belasting verschuldigd zijn over de extra verdiensten boven een bepaalde inkomensgrens.
Bij inkomens tot pakweg 20.000 bedraagt de marginale belastingdruk circa 20%, om vervolgens te stijgen tot 50%. Bij een jaarlijks inkomen boven 115.000 vindt er weer een daling plaats tot 55%.