Alternatief voor traditionele vormen van sparen
Traditionele vormen van sparen kennen een probleem. De rente op veilige, vastrentende producten zoals termijndeposito's en spaardeposito's is lager dan de verwachte inflatie op middellange termijn. Daardoor is de reële rente, de rente minus inflatie dus, negatief. Ons spaargeld verliest voortdurend aan koopkracht. En wie ooit dacht dat de rente niet verder kon dalen, rekende buiten de Europese Centrale Bank (ECB). Voor spaarders betekende het opkopen van obligaties een nieuwe ronde in de strijd voor vermogensbehoud.
Sparen staat gelijk aan aanhoudend verlies van vermogen
De rente die je anno 2019 kan behalen met belegging in vastrentende waarden, ligt onder de inflatie op middellange termijn. De rentebijschrijving leidt tot een kleine nominale groei op je spaar- of depositorekening. Maar op de langere termijn verliest het geld steeds meer aan koopkracht dan er aan rente wordt bijgeschreven. Er treedt er dus een geleidelijk vermogensverlies op. Men kan zich onder die omstandigheden afvragen
of sparen nog zin heeft. Hoe catastrofaal dat voor Nederlandse spaarders is, is afhankelijk van de aannames over inflatieontwikkeling en bestaande rentecontracten. Maar zelfs voorzichtige ramingen gaan in de miljarden
euro's. Als de periode van lage rente langer aanhoudt, neemt het schade-potentieel geleidelijk toe.
Nadenken over alternatieven voor traditionele spaarvormen
In de nasleep van
de financiële crisis van 2008, hebben veel consumenten hun geld belegd in vastrentende waarden. Op dat moment bedroeg de rente voor nagenoeg risicovrije beleggingen nog 3 tot 4%. Voor conservatieve beleggers was dat zeer bevredigend. Maar pakweg 10 jaar later was de situatie fundamenteel anders. Veel spaarders echter, zijn daar nog niet op ingesteld. Ze blijven vrijkomend kapitaal vaak op de toch al goed gevulde spaarrekening storten. Maar bij onze oosterburen bijvoorbeeld, was er al sprake van banken die hun klanten een bewaarloon voor deposito’s in rekening brachten. Dat staat gelijk aan een
negatieve rente of strafrente. We doen er daarom goed aan om na te denken over
alternatieven voor het traditionele sparen.
Is er wel een alternatief voor sparen?
Dat is nog maar de vraag. Weliswaar is er een breed scala van potentiële spaaralternatieven. Maar op grond van de renteniveau’s vallen gewone spaarrekeningen en staatsobligaties al af. Bekeken vanuit het perspectief van onze Minister van Financiën, is zo'n situatie fantastisch. De staat kan nagenoeg voor niets geld lenen. Bekeken vanuit het perspectief van spaarders en beleggers, is dit soort beleggingen uitermate oninteressant geworden. Op de obligatiemarkt bestaan weliswaar nog interessante opties, maar dan moet je over de grenzen heen kijken. En bepaalde valutarisico's op de koop toe nemen.
Waarom zijn beleggers bereid zulke lage rente te accepteren?
Daar zijn verschillende redenen voor. Veel particuliere beleggers raakten door de onrust op de kapitaalmarkt kopschuw. En uiteraard komen daar geopolitieke risico's bij. Zoals zorgen in Oost-Europa of het Midden-Oosten. Spaarders en beleggers willen dan alleen nog zekerheid. Het maakt niet uit tegen welke prijs. En bankdeposito's en staatsobligaties gelden nog altijd als absoluut veilig. Maar ook banken en institutionele beleggers zoals verzekeringsmaatschappijen hebben goede redenen om tegen lage rente staatsobligaties te kopen. Dat heeft te maken met aangescherpte regels voor de financiële sector (hogere kapitaaleisen). Daar komt bij dat de Europese Centrale Bank (ECB) aan banken veel geld tegen
een record-lage rente ter beschikking stelt. Maar als extra zekerheid verlangt men staatsobligaties. Ook dat is een stimulans voor banken om staatsobligaties te kopen. Ondanks de lage rente.
Wat betekent dat concreet voor sparen?
Men rekent ermee dat de
inflatie op middellange termijn rond 1,5 à 2 procent zal schommelen. Stel dat het gemiddelde rendement voor veilig belegde gelden ongeveer één procent per jaar is. Dan verliest dat geld jaar na jaar ongeveer één procent aan koopkracht. En dan wordt nog geen rekening gehouden met de fiscale aspecten voor de wat grotere vermogens. We hebben dus een compleet nieuwe en ongekende situatie op de kapitaalmarkten. Dit heeft tot gevolg dat spaarders voor zichzelf moeten nagaan hoe ze met deze buitengewone omstandigheden willen omgaan. Heb je tot dusver zonder risico's belegd dan moet je accepteren dat de spaarrente nagenoeg bij 0% ligt. En dat je in reële termen, na aftrek van inflatie (en belasting), geld verliest. Wie een hoger rendement wil behalen, moet bereid zijn
meer risico's aan te gaan. Wat echter automatisch hogere fluctuatie binnen je vermogen met zich mee kan brengen.
Mogelijkheden voor particuliere beleggers om aan de lage rente te ontsnappen
Door vermogensbeheerders wordt meermaals gewezen op beleggen in aandelen. Maar die vorm van beleggen is niet populair bij iedereen. Helaas heeft ons land nog geen aandelencultuur zoals in de Verenigde Staten. Veel Nederlandse spaarders zien een belegging in aandelen nog steeds als speculatie. Reden daarvoor waren vooral de jaren 1999 tot 2003. Toen werd aan de beurzen volledig irrationeel en speculatief aangekocht. De aandelenmarkten stortten in en veel particuliere beleggers verloren hun geld. Maar inmiddels zijn aandelen, als we kijken naar de de koers-winstverhouding, veel beter gewaardeerd. En ook vele malen goedkoper dan alternatieve beleggingen in vastgoed of de obligatiemarkt.
Niet op het verkeerde moment instappen
Cruciaal is het om voldoende spreiding aan te brengen. We moeten niet uitsluitend focussen op Nederland maar wereldwijd beleggen. Aankopen moeten in termijnen worden gedaan om het risico te minimaliseren. Om niet op het verkeerde moment in te stappen kan men wellicht opteren voor een maandelijkse storting.