Heeft sparen nog zin?
Het opkopen van staatsobligaties door de Europese Centrale Bank, is een streep door de rekening van veel spaarders. De klassieke wijze van sparen levert niets meer op en spaarders zullen steeds meer hun toevlucht moeten zoeken tot aandelen en goud. Maar ook verstokte spaarders kunnen hun rente-opbrengst nog enigszins opkrikken, zij het minimaal.
De rol van de ECB
De term "een nieuw tijdperk" wordt te pas en te onpas gebruikt, maar op 22 januari 2015 was die benaming absoluut op zijn plaats. Op die dag heeft de Europese Centrale Bank (ECB) aangekondigd 1,1 biljoen (!) euro in het financiële systeem te pompen. ECB-baas Mario Draghi wil onze valuta met deze drastische maatregel niet harder, maar zachter maken. Hij zal immers doorgaan met opkopen totdat de inflatie stijgt.
Desastreuze gevolgen voor spaarders
Of dat, zoals gehoopt, de kwakkelende Europese economie weer op gang zal krijgen, is nog maar zeer de vraag. Maar één ding is wél zeker: voor spaarders heeft de maatregel desastreuze gevolgen. Niet dat het nu een nieuwe trend betrof, de ECB heeft door het aankopen van obligaties herhaaldelijk vers geld in de financiële markten gepompt, maar met de aankoop van staatsobligaties breekt de ECB met een gevestigde traditie. Een stabiele munt is niet meer het enige credo, een goed draaiende economie en voldoende werkgelegenheid zijn minstens zo belangrijk.
Spaarrekening draagt niet meer bij aan vermogensvorming
Een spaarrekening draagt op lange termijn niet meer bij aan vermogensvorming. Experts zien niet dat de
rente in de nabije toekomst weer zal stijgen. Integendeel, de spaarrentes zowel voor direct opvraagbare tegoeden alsook voor termijndeposito's, zullen nog meer dalen. De enige voor de hand liggende reden om nog geld op een spaarrekening te zetten is om je geld tijdelijk te parkeren. Weliswaar ligt de spaarrente nog boven het inflatieniveau, maar grote sprongen zul je op een spaarrekening niet meer maken.
Alleen nieuwe klanten kunnen nog iets verdienen
Gelukkig zijn er nog banken die lokken met speciale condities voor nieuwe klanten. Bestaande klanten hebben echter het nakijken. Regelmatig de aanbiedingen vergelijken en overschakelen naar een bank met hogere rente, luidt daarom het advies van deskundigen.
Doelsparen blijft onverminderd zinvol
In principe geldt dat ook in periodes van lage rentes doelsparen onverminderd zinvol blijft. Wie weet dat hij over drie jaar een nieuwe auto of een nieuwe keuken zal kopen, doet er goed aan om wat geld opzij te zetten. Financiële adviseurs raden elk huishouden sowieso aan om pakweg drie maanden salaris beschikbaar te houden voor onvoorziene uitgaven en calamiteiten. Wie in een onverhoopt geval zonder spaargeld zit en een lening moet opnemen, moet fors betalen. Want de rente voor leningen hebben de banken lang niet zo sterk verlaagd als de rente voor spaargeld.
Geld vastzetten op een depositorekening
Wie het exacte tijdstip kent waarop hij zijn spaargeld weer nodig heeft, kan zijn rente-opbrengst een beetje verhogen door een depositorekening te openen. Maar dan staat het geld ook echt vast en doorgaans is er een minimale inleg verplicht. Maar om toch enigszins flexibel te blijven, kunnen spaarders de looptijden staffelen. Zo kunnen ze een deel van hun geld bijvoorbeeld, voor twee jaar en één deel voor vier jaar vastzetten.
Belegging in aandelen serieus te overwegen
Wie nu al weet dat hij zijn geld
langere tijd kan missen, zou een belegging in aandelen serieus moeten overwegen. Dankzij aantrekkelijke depots (rekeningen voor op de beurs verhandelbare stukken) is dat tegenwoordig gemakkelijker dan ooit. Met aandelen investeer je in bedrijven met al zijn voordelen en nadelen. De koersen fluctueren weliswaar, maar op lange termijn bezien, wordt elke terugslag gevolgd door nieuwe hoogtepunten. Ter illustratie: vanaf december 2014 stegen de koersen van de AEX in nauwelijks twee maanden tijd met meer dan 10 procent. Toen de financiële crisis in 2008 begon, was er nog sprake van een koers-winstverhouding van acht. Met andere woorden: beleggers betaalden acht maal de winst per aandeel voor één aandeel. Op het moment van schrijven (eind februari 2015) was dat opgelopen tot vijftien keer. Een gigantische stijging dus.
Beleggen in goud
In tijden van lage rente wordt ook het edelmetaal goud erg gewaardeerd. In tegenstelling tot aandelen genereert dat geen regelmatig inkomen. Opbrengsten worden uitsluitend gerealiseerd via stijgende prijzen, en dat kan soms riskant zijn. De prijs van goud kan immers zeer volatiel zijn (heftige bewegingen maken, zowel naar boven als naar beneden). Maar in de afgelopen tien jaar had een gokje op goud zich dubbel en dwars uitbetaald. Gemiddeld was sedert 2005 sprake van een winst van 13 procent per jaar. Maar een garantie dat dit zo blijft, is er niet. Maar het goedkoop-geld-beleid van de centrale bank doet vermoeden dat een
belegging in goud (en ook in aandelen trouwens) onverminderd aantrekkelijk blijft.