Arbeidskorting 2019 omhoog
De arbeidskorting 2019 gaat omhoog, maar niet voor iedereen. Personen met een hoger inkomen, meer dan modaal, krijgen te maken met een steilere afbouw van de arbeidskorting en zullen daardoor meer inkomstenbelasting betalen dan in 2018. De arbeidskorting is vooral bedoeld om mensen naar de arbeidsmarkt te lokken en het hebben van inkomen uit arbeid te belonen. Op hoeveel arbeidskorting hebt u in 2019 recht? Gaat bij u de arbeidskorting omhoog?
Arbeidskorting 2019 inkomensafhankelijk
De arbeidskorting in de loonbelasting en inkomstenbelasting 2019
De arbeidskorting is bedoeld als lokkertje om meer mensen naar de arbeidsmarkt te trekken. Wie inkomen uit arbeid heeft, heeft namelijk recht op een korting op de te betalen inkomstenbelasting. De arbeidskorting is een bonus voor wie werkt boven wie een uitkering heeft. Wie een uitkering krijgt omdat hij of zij werkloos is, AOW of een pensioen ontvangt, heeft geen recht op de arbeidskorting.
De arbeidskorting 2019 gaat omhoog
Kennelijk wil het kabinet werken extra belonen en gaat de maximale arbeidskorting omhoog. Werken moet lonend zijn is de gedachte en daarbij past een beloning via een extra korting op de loonbelasting en inkomstenbelasting. Er zijn meerdere heffingskortingen in ons belastingstelsel en de arbeidskorting heeft tot doel om arbeid te bevorderen. De werkgever verrekent als het goed is de arbeidskorting direct met de te betalen loonbelasting. Hebt u te veel of te weinig ontvangen, dan kan er nog een correctie plaats vinden bij de belastingaangifte inkomstenbelasting 2019.
Arbeidskorting is afhankelijk van inkomen en leeftijd
Niet iedereen krijgt evenveel arbeidskorting. Wat u krijgt is inkomensafhankelijk. Tot een inkomen van ongeveer 34.000 euro bouwt het bedrag zich op naar een maximum van ongeveer 3.400 euro. Daarna wordt waar u recht op hebt afgebouwd met een afbouwpercentage van 6%. Ten opzichte van 2018 zijn er twee belangrijke wijzigingen:
- Het maximale bedrag aan arbeidskorting ligt circa 150 euro hoger.
- De afbouw gaat een stuk sneller, in 2019 met 6% terwijl dat in 2018 nog met 3,5% was.
Wie recht heeft op AOW en ook nog werkt, gaat er ook op vooruit, zij het minder.
Bedragen van de arbeidskorting bij een wisselend inkomen, korting sneller naar nul door afbouw
Dat betekent dat de extra arbeidskorting voor de lagere inkomens voor een belangrijk deel wordt betaald door de hogere inkomens. De cijfers zijn definitief:
Bedragen arbeidskorting in 2019 als u in 2019 nog geen recht hebt op AOW:
Arbeidsinkomen | Hoogte arbeidskorting |
minder dan € 9.694 | 1,754% van uw arbeidsinkomen |
tussen € 9.694 en € 20.940 | € 170 + 28,712% x (arbeidsinkomen - € 9.694) |
tussen € 20.940 en € 34.060 | € 3.399 |
tussen € 34.060 en € 90.710 | € 3.399 - 6% x (arbeidsinkomen - € 34.060) |
meer dan € 90.710 | € 0 |
De arbeidskortingtabel voor wie recht heeft op AOW en ook een inkomen heeft uit arbeid wordt dan:
Bedragen arbeidskorting in 2019 als u recht hebt op AOW:
minder dan € 9.694 | 0,898% x arbeidsinkomen |
tussen € 9.694 en € 20.940 | € 88 + 14,689% x (arbeidsinkomen - € 9.694) |
tussen € 20.940 en € 34.060 | € 1.740 |
tussen € 34.060 en € 90.710 | € 1.740 - 3,069% x (arbeidsinkomen - € 34.060) |
meer dan € 90.710 | € 0 |
U hebt twee banen
Als u twee banen hebt, dan tellen beide inkomens mee voor de arbeidskorting. Tot het modale inkomen is dat een voordeel, daarna wordt dit een nadeel. Als u ervoor kiest om bij de ene werkgever rekening te houden met de arbeidskorting en bij de andere niet, dan kan het zijn dat u aan het einde van het jaar of bij de belastingaangifte inkomstenbelasting 2019 recht hebt op een extra arbeidskorting. Komt u uit boven het modale inkomen dat is de kans groot dat u belasting moet bijbetalen. Bij de algemene heffingskorting die eveneens inkomensafhankelijk is, zien we een soortgelijk effect optreden, alleen ligt daarbij het omslagpunt bij een lager inkomen van ongeveer 20.000 euro.
Belastingaangifte inkomstenbelasting doen
Wie belastingaangifte inkomstenbelasting moet doen, ziet aan het einde van het belastingformulier pas of er belasting moet worden bijbetaald of niet. Voor veel mensen zal de arbeidskorting in 2019 omhoog gaan, maar helaas niet voor iedereen. Uw werkgever zal met de arbeidskorting rekening houden, maar als u gedurende het jaar meer gaat verdienen of als u een tweede bron van arbeidsinkomen heeft, kunt u een te hoge korting op de belasting hebben gekregen. In dat geval wacht waarschijnlijk een extra heffing van de Belastingdienst. De afbouw met 6% is een stuk forser dan in 2018 en kan betekenen dat u erop achteruit gaat. Let wel de arbeidskorting krijgt u alleen op een arbeidsinkomen, niet op ander inkomen, zoals lijfrente of inkomen uit een stamrecht bv.
Lees verder
Reacties
Toine, 30-10-2018
Drie vragen over de combinatie van uitkering/AOW plus gelijktijdig inkomen uit werk:
1. Geldt voor de algemene heffingskorting het totale inkomen; en voor de arbeidskorting alleen het inkomen uit arbeid?
2. En na de AOW leeftijd geheel geen arbeidskorting meer?
3. Is het juist dat dus de combinatie AOW en werken fiscaal ongunstig is?
Reactie infoteur, 07-04-2019
Beste Toine,
1. De arbeidskorting is gerelateerd aan het arbeidsinkomen, de algemene heffingskorting aan het totale inkomen.
2. Als u na uw AOW niet meer werkt, is er geen arbeidskorting.
3. De combinatie van AOW en ander inkomen is fiscaal ongunstiger dan inkomen uit werk, maar de combinatie is altijd beter dan alleen de AOW.
Met vriendelijke groeten,
Zeemeeuw
Brentjens, 25-10-2018
Waar kan ik het terug vinden hoeveel belasting ik moet betalen over mijn 13e maand, overwerk en extra bonussen.
er wordt wel gemeld dat er twee belastingschijven zijn in 2019.maar waar valt dan de rest onder?
Reactie infoteur, 26-08-2020
Beste Brentjes,
Kijkt u een naar het artikel:
https://financieel.infonu.nl/sparen/36014-banken-en-belasting-willen-uw-vakantiegeld-2020-en-2021.html
Met vriendelijke groeten,
Zeemeeuw