Omzetbelasting inclusief en exclusief BTW
Met de les Management en Organisatie is het onderwerp omzetbelasting aan bod geweest, hieronder wordt uitgelegd hoe je de verkoop- en inkoopprijs inclusief en exclusief omzetbelasting berekent en zijn er een aantal economische begrippen uitgelegd.
Omzetbelasting
Toegevoegde waarde
De toegevoegde waarde is de waarde die wordt toevoegt aan een al bestaande waarde.
Voorbeeld 1
Als Melissa goederen inkoopt voor 230,- en deze goederen verkoopt voor 110,-.
Dan is haar toegevoegde waarde: 230 - 110 = 120
BTW-tarief van 19%
Het btw-tarief 19% is een verbruiksbelasting (van 19%) die wordt geheven op goederen en diensten. Dit wordt ook wel omzetbelasting genoemd.
Hieronder bereken je het bedrag dat aan verschillende leveranciers van grondstof en eindproducten wordt betaald waarbij je uitgaat van een btw-percentage van 19%.
Voorbeeld 2
- Een fabrikant betaald aan de leverancier een grondstof: 1000 + 19% omzetbelasting = 1000 + (1000 x 0.19) = 1.190,-
- Een groothandelaar betaalt aan de fabrikant: 2000 + 19% omzetbelasting = 2000 + (2000 x 0.19) = 2.380,-
- Een detaillist betaalt aan de groothandel: 2500 + 19% omzetbelasting = 2500 + (2500 x 0.19) = 2.975,-
- Consumenten betalen aan de detaillist: 3000 + 19% omzetbelasting = 3000 + (3000 x 0.19) = 3.570,-
Verkoopprijs inclusief en exclusief omzetbelasting
Hieronder staan een aantal voorbeelden waarin duidelijk wordt gemaakt hoe je de verkoopprijs en inkoopprijs inclusief en exclusief omzetbelasting berekend.
Voorbeeld 3 -
verkoopprijs inclusief omzetbelasting
Lia koopt een tafel voor 75 exclusief 19% omzetbelasting.
Bereken de verkoopprijs inclusief omzetbelasting.
Antwoord 3
- Verkoopprijs exclusief omzetbelasting = 75
- Omzetbelasting 19% van 75 = 14,25
- Verkoopprijs inclusief omzetbelasting is 75 + 14,25 = 89,25
Voorbeeld 4 -
verkoopprijs exclusief omzetbelasting
Tom koopt een auto voor 33.500, waarbij een omzetbelasting van 19% is inbegrepen.
Bereken de verkoopprijs exclusief omzetbelasting.
Antwoord 4
- Verkoopprijs inclusief omzetbelasting = 33.500
- Omzetbelasting 19% van 33.500 = 5.349
- Verkoopprijs exclusief omzetbelasting is 33.500 - 6.365 = 28.151
Voorbeeld 5 -
inkoopprijs inclusief omzetbelasting
Timo verkoopt tuinstoelen. Hij heeft een aantal tuinstoelen ingekocht en ontvangt hiervoor een factuur van 4730, exclusief 19% omzetbelasting. Bereken de inkoopprijs van de tuinstoelen, inclusief omzetbelasting.
Antwoord 5
- Inkoopprijs exclusief omzetbelasting = 4730
- Omzetbelasting 19% van 4730 = 898,70
- Inkoopprijs inclusief omzetbelasting is 4730 + 898,70 = 5628,70
Voorbeeld 6 -
inkoopprijs exclusief omzetbelasting
Lena verkoopt boormachines. Zij heeft een aantal boormachines ingekocht en ontvangt hiervoor een factuur van 6200 inclusief 19% omzetbelasting. Bereken de inkoopprijs van de boormachines, exclusief omzetbelasting.
Antwoord 6
Omdat de omzetbelasting moet worden genomen van de inkoopprijs, stellen we de inkoopprijs op 100%. Hierdoor kun je het volgende schema opstellen:
- Inkoopprijs inclusief omzetbelasting = 100%
- BTW (omzetbelasting) = 19%
- Inkoopprijsinclusief omzetbelasting = 119% = 6.200
- Hieruit volgt: 1% = 6.200 / 119 = 52,10
- De inkoopprijs is 100%, dus 100 x 52,10 = 5.210
Btw-tarief 6%
Naast het Btw-tarief van 19% kennen we ook een Btw-tarief (verbruiksbelasting) van 6%. Deze verbruiksbelasting zit voornamelijk op levensmiddelen.
Vrijgesteld van btw
Je wordt vrijgesteld van btw op diensten of goederen waar geen verbruiksbelasting op zit, bijvoorbeeld op de kosten van medische verzorging.
Lees verder