De geschiedenis van verzekeren
Tegenwoordig heeft een ieder van ons meerdere verzekeringspolissen in de kast liggen, maar hoe is dit eigenlijk ontstaan? Hoe zijn wij erbij gekomen om ons te verzekeren? Niet alle verzekeringen zijn noodzakelijk en soms zijn mensen meerdere keren (dus dubbel) verzekerd, zeker wanneer ze op vakantie gaan is dit vaak het geval.
1700 voor Christus
Het is allemaal begonnen in Babylonië met de Code van Hammurabi. Hammurabi, de koning van Babylonië schreef wetten (282 in totaal) om de goden te behagen. Een wet hieruit was bedoeld om de handelaren te beschermen. Het was een tijd waarin veel berovingen plaatsvonden en niet zelden werden handelaren beschuldigd van diefstal als ze met lege handen op de plaats van bestemming kwamen. Na het ontstaan van de code werden de waren verzekerd. Er werd vooraf een document gemaakt waarin werd vastgelegd waaruit de handel bestond, in tweevoud, één voor de verzekeraar en één voor de verzekeringnemer. Dit onder het gezag van de heerser van de stad waar de goederen vandaan kwamen. Stad = polis, zo komt het verzekeringsdocument aan zijn naam. Maar dat is niet het enige wat Hammurabi instelde. Bouwvakkers die arbeidsongeschikt werden tijdens werkzaamheden aan overheidsgebouwen hadden recht op een uitkering. De eerste arbeidsongeschiktheidsverzekering werd geboren. Zeer progressief voor die tijd, al worden de wetten van Hammurabi nu als hard gezien, volgens het principe: “Oog om oog, tand om tand…”
Rond die tijd ontstond tussen de Grieken en Feniciërs (nu Libanon en Syrië) iets soortgelijks maar dan een verzekering op de overzeese handel.
350 jaar voor Christus
Achaemendische vorsten (het Oud-Perzisch rijk)waren de eerste die een heuse volksverzekering hadden die ook nog officieel werd vastgelegd in notariële overheidsgebouwen. Deze traditie werd ieder jaar bij het begin van het Iraanse nieuwjaar uitgevoerd. Dan gaven de burgers geschenken aan hun vorst. Wanneer het cadeau meer waard was als 10.000 Derrik werd het geregistreerd. Het doel hiervan was dat iedereen die geregistreerd stond in de boekhouding en in problemen kwam kon aankloppen voor financiële hulp. Als het geregistreerde bedrag 10.000 Derrik of hoger was dan kon de “verzekerde” een bedrag ontvangen dat twee keer zo hoog was als de waarde van de geschenken.
Middeleeuwen
Zo rond het einde van de 14de eeuw zijn er pas weer nieuwe ontwikkelingen op verzekeringsgebied. In Genua (Italië) werden de eerste gescheiden verzekeringscontracten een feit. Dit houdt in dat de polissen niet gebonden waren aan leningen of andere contracten. Zo konden de middeleeuwse gilden zich verzekeren tegen brand, diefstal, ziekte en armoede en werd het verzekeren van zeehandel een algemene verschijning.
17de eeuw tot heden
Vanaf het einde van de 17de eeuw gaat men ook gebruik maken van sterftecijfertabellen voor het berekenen van de hoogte van premies. Hierna volgen de ontwikkelingen elkaar in hoog tempo. In Londen groeit het Lloyd’s Coffee House (een ontmoetingsplaats van zakenlieden en verzekeraars) uit tot de eerste moderne verzekeringsmaatschappij.
Na een grote brand in Londen in 1666 waarbij 13200 huizen in de as werden gelegd werden de brandverzekeringen hervormd tot de staat waarin we ze nu kennen.
Nog een brand, deze keer in New York in 1835 maakte duidelijk dat er voldoende reserves in kas moesten zijn om onverwachtse verliezen op te vangen. De grote brand in Chicago (1871) legde hier nog eens de nadruk op zodat herverzekeren, waarbij de verliezen worden gedeeld over veel bedrijven, een algemeen verschijnsel werd.
Hierna nam het begrip verzekeringen een grote vlucht tot het verzekeringsstelsel wat we nu kennen. Je kan het zo gek niet verzinnen of je kan jezelf er tegen verzekeren. Voor huis en inboedel zijn in Nederland nog steeds mensen onderverzekerd maar tijdens vakanties gebeurd het vaak dat men twee of drie keer voor verlies of diefstal van goederen verzekerd is.