Spaargeld inzetten om hypotheek af te lossen is onomkeerbaar

In bepaalde gevallen loon het de investering om spaargeld te gebruiken om uw hypotheek gedeeltelijk mee af te lossen, maar er zijn een paar valkuilen. Het spaargeld dat u investeert moet u over hebben en u moet rekening houden met de ontwikkeling van de spaarrente en de hypotheekrente. De meeste hypotheken die worden afgesloten schuiven de aflossing van de schuld door naar de toekomst. Op deze manier wordt de hoogst mogelijke fiscale voordeel behaald. Het nadeel is dat de maandlasten wel maximaal blijven gedurende de looptijd van de hypotheek. Op de einddatum wordt de hypotheek geheel of gedeeltelijk afbetaald met het opgebouwde bedrag in een verzekering of op een rekening.

U kunt er echter ook voor kiezen om gedurende de looptijd van de hypotheek extra af te lossen. Een andere mogelijkheid is om een extra storting te verrichten op de bankspaarrekening of in de verzekering. Op deze manier kan voorkomen worden dat in een hypotheek met een aflossingsvrij deel, na afloop van de looptijd nog een schuld resteert.

Is het verstandig om met spaargeld de hypotheek gedeeltelijk af te betalen?

Dit is voor een belangrijk deel afhankelijk van de ontwikkeling van de hypotheekrente en de spaarrente. Indien u over het geld een hogere rendement krijgt op een spaarrekening, is het niet verstandig om het geld te investeren in het huis.

Voorbeeld

U hebt een bedrag beschikbaar van €25.000. Het geld staat op een spaarrekening met een spaarrente van 3 procent. Daarnaast hebt u een hypotheek met een te betalen hypotheekrente van 4,75 procent. Voor de berekening gaan wij uit van een belastingschijf van 42 procent waar u uw hypotheekrente van kunt aftrekken.
Bruto moet u betalen voor uw hypotheek per jaar gerekend over €25.000:
€25.000 x 4,75 procent = €1.187,50
Over uw spaargeld krijgt u een vergoeding van:
€25.000 x 3 procent = €750

Op basis van deze gegevens, lijkt het aantrekkelijk om het geld te gebruiken voor het aflossen van de hypotheek, maar door de fiscale aftrekbaarheid van de hypotheekrente moet er ook nog gekeken worden naar de fiscale regeling:
€1.187,50 minus (teruggaaf) 42 procent = €688,75

Op basis hiervan kunt u beter kiezen voor sparen in plaats van aflossen.

Vermogensrendementsheffing over uw spaargeld

De berekening zal weer anders uitvallen al u beschikt over spaargeld boven de vrijstelling in box drie. U moet namelijk in dat geval een belastingheffing betalen van 1,2 procent over het bedrag boven de vrijstelling. De vrijstelling bedraagt €20.785 (2011), spaargeld boven dit bedrag zal belast gaan worden.

Voorbeeld

Voor de berekening gaan wij weer uit van €25.000 op een spaarrekening met een rentevergoeding van 3 procent. Naast dit bedrag hebt u nog een spaarsaldo boven de vrijstelling, dus het voorbeeldbedrag wordt volledig belast met vermogensrendementsheffing.
€25.000 x 3 procent = €750 minus 1,2 procent over €25.000 = €750 - €300 = €450 (resterend rendement).
Rekening houdende met de heffing in box drie, is het weer voordeliger om te kiezen voor aflossing van de hypotheek in plaats van sparen.

Aflossen of sparen

Het blijft lastig om hier een beslissing over te nemen. U weet namelijk niet hoe de spaarrente en de hypotheekrente zich gaat ontwikkelen. Bij twijfel kunt u het beste kiezen voor sparen. Eén keer afbetaalde delen van de hypotheek zijn onomkeerbaar.