Aflossing hypotheek: hoeveel heb je na zoveel jaar afgelost?
Je gaat een hypotheeklening aan voor de lange termijn, waardoor je 30 jaar aan een schuld vast zit. Het aangaan van een schuld is een belangrijke beslissing, omdat het om een groot bedrag gaat. We gaan er vaak snel mee akkoord, zonder dat we over de consequenties van een hypotheek hebben nagedacht. Omdat de renteaftrek voor belastingen is aangepast, dient men bij nieuwe hypotheken over de aflossingsmethode na te denken. Om ervan te profiteren heeft men twee keuze mogelijkheden voor aflossing namelijk de lineaire en annuïtaire methode. Hoe bereken je de aflossing op de hypotheek en hoeveel heb je na zoveel jaar afgelost?
Aflossing hypotheek
Hypotheekkeuze
Voor het aangaan van een hypotheek heeft men de mogelijkheid om te kiezen tussen aflossingsvormen gedurende de looptijd en daarna. Omdat de
hypotheekrenteaftrek is hervormd zal de primaire keus tussen de lineaire en annuïtaire aflossingsmethode zijn. Dit omdat er nog renteaftrek mogelijk is. Het is de vraag hoeveel je met deze methoden werkelijk aan aflossing werkt. We weten namelijk dat de lineaire aflossingsmethode conservatief is en het werkt op een gunstige manier aan de aflossing. Desalniettemin kan de voorkeur liggen bij de annuïteitenhypotheek, omdat de kosten altijd op hetzelfde niveau liggen. Hoe verhoudt de mate van aflossing tussen de annuïtaire en lineaire methode om 100% aflossing na 30 jaar te verkrijgen?
Hoe werkt de lineaire methode?
Bij het
aflossen door de lineaire methode lost men ongeacht het rentepercentage hetzelfde deel per maand af. Normaal is de looptijd 30 jaar, waardoor we ieder jaar 1/30-ste deel voor de aflossing moeten betalen. De aflossing geschiedt dus rechtlijnig met als voordeel dat de hoogte van de rentevergoeding ook rechtlijnig afneemt met de jaren. Voor het verkrijgen van deze hypotheekvorm is het nodig om voldoende draagkracht te hebben voor het eerste jaar, omdat dan de kosten relatief hoog zijn.
Hoe werkt de annuïtaire methode?
Bij deze methode is men ieder jaar hetzelfde bedrag aan onkosten kwijt, echter het aandeel rente en aflossing verandert binnen dat bedrag. Daartoe kan de volgende relatie worden aangegeven, bij bijvoorbeeld 4% rente geldt:
- eerste jaar aflossing = 100% * 0,04 / [1-1,04^(-30)] – 100% * 0,04 = 1,78%;
- tweede jaar aflossing = 100% * 0,04 / [1-1,04^(-30)] – (100%-1,78%) * 0,04 = 1,85%;
- dertigste jaar aflossing = 100% * 0,04 / [1-1,04^(-30)] – (100%-94,44%) * 0,04 = 5,56%.
De handigste manier om dit te bepalen is door Excel, zodat snel en gemakkelijk per jaar het renteaandeel en de aflossing wordt bepaald. Doe altijd een check dat de totale aflossing 100% van de hypotheekschuld bedraagt. Hiermee kun je snel inzicht verkrijgen in hoeveel jij met de tijd kunt aflossen middels de annuïteitenmethode.
Hoeveel aflossing hypotheek?
Het is duidelijk dat als je net bent een paar jaar bent begonnen met aflossen dat je rond de 0% aflossing zit. Normaal moet je in 30 jaar aflossen, waarmee iedere methode eindigt in 100% aflossing na looptijd. Maar hoe vaak komt het niet voor dat we tussentijds de hypotheeklening moeten beëindigen. Dan is het zeker interessant om te weten hoeveel je feitelijk hebt afgelost bij tussentijdse terugbetaling. Hieronder de tabel waarbij een rentestand van 3%, 4% en 5% van de annuïteiten hypotheek wordt vergeleken met de
lineaire hypotheek. Let wel dat de aflossingshoogte ook is uitgedrukt in percentages om een helder vergelijk te verkrijgen om uiteindelijk 100% af te lossen.
JaarMethode | Annu.3% | Annu.4% | Annu.5% | Lineair |
5 jaar | 11% | 10% | 8% | 17% |
10 jaar | 24% | 21% | 19% | 33% |
15 jaar | 39% | 36% | 32% | 50% |
20 jaar | 56% | 53% | 50% | 67% |
25 jaar | 77% | 74% | 72% | 83% |
Wat kunnen we hiermee?
Zodra de rentestand bekend is weten we hoeveel procent er met de annuïteitenmethode werkelijk wordt afgelost. Naarmate de rentestand lager is des te eerder wordt relatief versneld aan aflossing gewerkt. Oftewel bij een hoge rentestand is de relatieve aflossing minder snel. Zoals de getallen laten zien lost men het snelst af middels de lineaire methode. Dit heeft te maken met het feit dat deze hypotheekvorm voor de aflossing niet gekoppeld is aan de rentestand. Wie zekerheid wil hebben omtrent
versnelde aflossing – of versnelde opbouw van eigen vermogen – kiest voor de lineaire hypotheek. Wil men echter maximaal lenen binnen de financiële ruimte zal voor de annuïtaire hypotheek worden gekozen. De kosten worden verspreid over de jaren echter zijn onveranderbaar. Dit vormt een goed uitgangspunt om een
hypotheek te financieren, echter de mate van aflossing blijft in de eerste jaren ver achter bij de lineaire methode. Heeft men de helft van de schuld al na 15 jaar bij de lineaire methode afgelost bereikt men dit bij de annuïtaire methode pas na 20 jaar.
Lees verder