Banken in Nederland
Destijds waren banken gehuisvest in grote statige panden, gelegen aan drukke straten. Van oudsher waren ze dicht bij de markt gevestigd omdat zich daar doorgaans de economische bedrijvigheid concentreerde. Maar in de jaren 60 van de vorige eeuw werd het kantorennet aanzienlijk uitgebreid. Banken hadden ontdekt dat niet alleen vermogende mensen geld opzij konden leggen en men zag liefst op elke hoek van de straat een filiaal verrijzen.
Bankfilialen in de jaren 60 en 70
Met de opkomst van het girale geldverkeer nam ook het aantal bankfilialen in Nederland fors toe. Omstreeks 1975 telde ons land nog circa 65 banken, die samen zo´n 6000 (bij)kantoren bezaten, verspreid over talloze steden en dorpen. Men kon die banken opdelen in een 3-tal categorieën:
- handelsbanken;
- coöperatieve banken;
- spaarbanken.
Buitenlandse banken in Nederland
Naarmate er meer handel werd gedreven tussen de verschillende landen, openden ook buitenlandse banken vestigingen in ons land. Eind jaren zeventig van de vorige eeuw waren er dat nog slechts 25, maar dat aantal is in de daarop volgende jaren aanzienlijk toegenomen. In Rotterdam bijvoorbeeld werd een filiaal gevestigd van een Griekse bank, wat gemakkelijk was voor de talrijke Griekse zeelieden die de Rotterdamse haven aandeden. Men kon immers zijn
bankzaken in de eigen landstaal afwikkelen.
De handelsbanken
- de grootste van de toenmalige handelsbanken was de AMRO-bank, ontstaan uit een fusie tussen de Amsterdamse Bank en de Rotterdamse Bank;
- ook de Algemene Bank Nederland (ABN) is in die periode ontstaan door het samengaan van een aantal kleinere banken;
- als andere grote handelsbanken kenden we in Nederland in die jaren de Nederlandse Middenstands Bank (NMB) en Slavenburgs Bank in Rotterdam, al was die laatste in omvang toch wat minder dan AMRO, ABN en NMB.
'Handelsbanken' als merknaam van Zweedse bankketen
De soortnaam "handelsbanken"moet overigens niet worden verward met de Zweedse merknaam "
Handelsbanken" die staat voor een van de meest succesvolle en meest solide banken in Europa, aanvang 2013 ook met 12 vestigingen vertegenwoordigd in Nederland. Wie op zoek is naar een aantrekkelijk (bedrijfs)krediet of goedkope hypotheek, moet zeker zijn geluk eens bij een Nederlands filiaal van Handelsbanken beproeven.
Coöperatieve banken
Naast de handelsbanken kenden we ook de coöperatieve banken, een samenwerkingsverband van tal van kleinere, voornamelijk plattelandsbanken. Ze werden gesticht aan het eind van de 19e eeuw waarbij de leden gezamenlijk het kapitaal bijeenbrachten om zaken mee te doen. Voorbeelden van dergelijke coöperatieve banken waren:
- boerenleenbanken;
- raiffeisenbanken.
In 1972 fuseerden de Boerenleenbanken en de Raiffeisenbanken tot de huidige Rabobank, die na de fusie zo’n 3100 filialen kende.
De spaarbanken
Een bijzondere plaats in het Nederlandse bankwezen was er altijd al voor spaarbanken. De eerste spaarbanken werden opgericht aan het begin van de 19e eeuw en waren bedoeld als instellingen ter voorkoming van
armoede. Ze hadden met name een opvoedend karakter (bevorderen van het
sparen in Nederland) en moesten hulp bieden bij een verstandig beheer van de persoonlijke financiën.
Spaarbanken waren van oudsher regionaal en lokaal georganiseerd en functioneerden vaak onder de paraplu van een gemeente. Pas na de jaren 60 van de vorige eeuw ontstond er een kentering. Het marktaandeel van de spaarbanken liep in die jaren gestaag terug, terwijl handelsbanken en boerenleenbanken hun aandeel op de spaarmarkt zagen toenemen.
Schaalvergroting en concentratie in spaarbankwereld
De groeiende welvaart en de opkomst van de consumptiemaatschappij brachten bovendien een fundamentele verandering in de houding ten opzichte van sparen met zich mee. Meer en meer gingen economische motieven en de wens tot schaalvergroting het beleid van de spaarbanken bepalen. Begin jaren zeventig raakte het concentratieproces in een stroomversnelling. In nauwelijks 15 jaar tijd zijn de bijna 300 spaarbanken die er aan het begin van de eeuw nog waren, opgegaan in een tweetal financiële concerns met een bredere functie.