Verlies van koopkracht door schrappen pensioenindexering
Als gevolg van de tegenvallende beleggingsresultaten en de lage rentes, zijn veel pensioenfondsen al een aantal jaren onder de minimum dekkingsgraad gekomen, die door de Nederlandse Bank verplicht wordt gesteld. Dat houdt in dat de pensioenen niet aangepast kunnen worden aan de gestegen prijzen. Maar wat betekent dit nu eigenlijk voor de hoogte van uw pensioenuitkering op langere termijn, en dus uw koopkracht?
Als een pensioenfonds onder een bepaalde minimum dekkingsgraad raakt, zal het bestuur van dat fonds moeten besluiten een mindere, of in het geheel geen indexering toe te passen, of zelfs gedwongen zijn de uitkeringen te verlagen. Dat betekent voor dat fonds dat de maandelijkse pensioenuitkering geen gelijke tred houdt met de ontwikkelingen van de lonen. Daar de inflatie (is geldontwaarding) normaal door gaat is het gevolg dat, zelfs wanneer de uitkering gelijk blijft, de koopkracht van het pensioen achteruit gaat en er minder te besteden valt voor de gepensioneerden die bij het fonds zijn aangesloten.
Welke normen worden gehanteerd
De dekkingsgraad geeft de financiële positie van het pensioenfonds aan. Bij een dekkingsgraad van 100% heeft een pensioenfonds precies genoeg geld in huis om de pensioenen nu en straks te kunnen betalen. Het pensioenfonds heeft echter een buffer nodig om tegenvallers op te vangen. De wet vereist daarom een minimale dekkingsgraad van 105%.
- als de dekkingsgraad lager is dan 105% kan het fonds gedwongen worden te korten op de pensioenuitkeringen, of zal er niet worden geïndexeerd
- bij een dekkingsgraad tussen de 105 – 130% zal veelal gedeeltelijk(lineair) worden geïndexeerd
- indien de dekkingsgraad groter of gelijk is aan 130% volgt volledige indexering
Inhaalindexering
Pensioenfondsen kunnen in volgende jaren besluiten, indien de resultaten dit toelaten, alsnog een(gedeeltelijke) indexering over voorgaande jaren toe te passen. Het pensioen wordt dan als ware gerepareerd. Maar aangezien de meeste fondsen al jaren een te lage dekkingsgraad hebben, zal het vermoedelijk ook nog vele jaren duren alvorens het vereiste minimum niveau van 105% weer is bereikt. Verhoging van de pensioenen zal er bij de meeste fondsen de eerste jaren dan ook niet inzitten, volgens de Pensioenfederatie, het overkoepelend orgaan van alle pensioenfondsen (bron: NH-Dagblad 20-7-2017)
Met hoeveel daalt mijn koopkracht jaarlijks indien er geen indexatie wordt toegepast
Voor een gemakkelijk rekenvoorbeeld gaan we uit van een rond bedrag van €1000,- Als u naast uw AOW een aanvullend pensioen heeft van netto €1000,- gaat de koopkracht van uw aanvullende pensioen jaarlijks als volgt achteruit bij respectievelijk 2 en 3% inflatie.
jaar | 2% | 3% |
1 | 980 | 970 |
2 | 960 | 941 |
3 | 941 | 913 |
4 | 922 | 885 |
5 | 904 | 858 |
6 | 885 | 833 |
Als u 6 jaar lang geen enkele indexatie krijgt zal de waarde van uw pensioen, afhankelijk van de inflatie, afnemen met 11,5 of 16.7%. Hierbij moet wel worden vermeld dat de indexering van uw AOW waarschijnlijk wel door gaat, zodat de waarde van uw totale inkomen vermoedelijk met een lager percentage zal afnemen. Bovendien gaat de indexering over het brutobedrag. Het netto bedrag zou wellicht toch een fractie kunnen stijgen indien er op het brutobedrag minder wordt ingehouden, bijvoorbeeld door wijziging in belastingschalen.
Lees verder