Hoe oud word ik? Blijft de AOW betaalbaar?
Gemiddeld worden wij steeds ouder. Dit is ook één van de belangrijkste reden dat de AOW niet meer in stand is te houden met een ingangsdatum van 65 jaar.
Wij zijn gezonder gaan leven en gezonder gaan eten. Daarnaast heeft de steeds verder verbeterende medische wetenschap er ook voor gezorgd dat wij gemiddeld steeds ouder worden. In ruim zestig jaren tijd is onze levensverwachting met 9 jaren gestegen voor mannen en bijna 10 jaren voor vrouwen. Gemiddeld leven vrouwen 3,6 jaren langer dan mannen.
Hoeveel is onze levensverwachting gestegen in de loop der jaren?
In 1950 werden mannen gemiddeld 70,3 jaar oud en vrouwen 72,6 jaar. In 1990 is de levensverwachting voor mannen gestegen naar 73,8 jaar voor mannen en 80,1 jaar voor vrouwen. In 2011 werd een man gemiddeld 79,2 jaar oud en een vrouw gemiddeld 82,8 jaar. Doordat wij ouder worden, maakt de groep van gepensioneerden een steeds groter deel uit van de gehele bevolking.
De jongeren moeten werken om de AOW voor de ouderen te bekostigen
Uitgaande van cijfers uit 2011 (volgens het CBS) is 15,6% van de bevolking boven de 65 jaar. Het bedrag dat jaarlijks uitgekeerd moet worden aan pensioengerechtigden, moet opgebracht worden door de jongeren die belasting betalen over hun inkomen. Doordat wij steeds langer leven verschuift de verhouding tussen Nederlanders die werken en voormalige werknemers die van hun pensioen genieten steeds verder. Om het geheel betaalbaar te houden wordt de pensioendatum langzaam verschoven van 65 jaar naar 67 jaar. Het is in de toekomst niet uit te sluiten dat er noodzaak bestaat om de AOW-leeftijd verder te verschuiven.
Levensverwachting van 65-plussers
Het CBS heeft onderzocht hoeveel jaren wij gemiddeld leven gerekend vanaf 65 jaar. Uitgaande van de oude pensioenleeftijd zijn dit het aantal jaren dat er recht bestaat op een uitkering uit de AOW. In 1981 bedroeg de levensverwachting vanaf 65 jaar voor een man 14,33 jaar en voor een vrouw 18,86 jaar. In 2001 is deze levensverwachting gestegen naar 15,9 jaar voor de mannen en 19,72 jaar voor vrouwen. Per 2011 is de levensverwachting nog verder gestegen naar 18,3 jaar (mannen) en 21,30 jaar (vrouwen).
Niet meer eerder stoppen met werken, maar langer doorwerken
In de negentiger jaren konden werknemers nog gebruik maken van zeer gunstige regelingen om eerder te stoppen met werken. Een leeftijd van 58 jaar om te stoppen met werken kwam in het verleden voor. De meeste regelingen waren minder goed, maar stoppen op een leeftijd van 60 tot 63 jaar was een gebruikelijke prepensioenregeling. Het verschil is groot met de huidige veertigers en vijftigers die de eerdere generatie financieel in staat heeft gesteld om eerder te stoppen met werken.
AOW-gat opvullen bij eerder stoppen met werken
In het verleden waren er regelingen om eerder te stoppen met werken te promoten. Dit was onder andere de levensloopregeling. De fiscaal gunstige manieren om eerder te stoppen met werken zijn sterk versoberd. Over het algemeen kan gesteld worden dat u vermogen moet opbouwen op een spaarrekening. Het nadeel is dat u er gedurende de opbouwperiode belasting over moet betalen. Jaarlijks wordt er namelijk vermogenrendementsheffing in rekening gebracht door de Belastingdienst indien uw vermogen boven de vrijstelling uit komt in box 3.