Daytrading: long en short gaan

In de zoektocht naar de beste strategie voor daytrading, en daarmee geld te verdienen, passeert er veel de revue. Bijvoorbeeld de vraag welk financieel product het beste is om mee te daytraden. Een andere vraag is of het voordeliger is om long of short te gaan. Immers er zijn in principe maar twee richtingen waar de markt naar toe gaat, omhoog of omlaag. Wanneer één van deze richtingen vaker voorkomt kan men beredeneren dat alleen deze richting op traden tijd bespaart, en dus geld.

Long gaan

Wat wordt er bedoeld met long gaan? Men speculeert op een stijging van het financiële product. Bij aandelen koopt men aandelen, en wordt daardoor eigenaar van een werkelijk stuk bezit. Bij soortgelijke derivaten als futures, turbo's en speeders kan men ook long gaan, en speculeert men ook op een stijging, van aandelen of aandelenindices. Het grote verschil met aandelen is dat men geen bezit heeft, men is in feite een weddenschap (contract) aan het uitvoeren met een tegenpartij. Dit kan een bank, broker of andere traders zijn. Zij speculeren dan automatisch op een daling. Men moet goed nadenken als een bank of broker hun tegenpartij is, of alles wel zo eerlijk verloopt. Andere derivaten als opties zijn speciaal. Het kopen van een call-optie, of het schrijven van een put-optie is long gaan. Het kopen van een put-optie is dus geen long gaan, maar short gaan.

Derivaten zijn goede voorbeelden van zero-sum financiële transacties. Terwijl men bij aandelen nog kan profiteren van dividenden, is er bij derivaten geen enkel vorm van winst mogelijk zonder te speculeren op een richting van de markt, oftewel long of short te gaan. Bij opties is het zelfs mogelijk te speculeren dat de markt consolideert en niet gaat trenderen. Men verdient dan geld aan de verwachtingswaarde van opties (tijdswaarde speelt een grote rol bij opties). Men verliest dan echter geld als de markt begint met trenderen, onafhankelijk van welke kant op. Andersom is ook mogelijk, men verdient geld als de markt trendeert, of de markt nou naar beneden gaat of naar boven. Toevallig is deze speciale eigenschap van optie-strategieën waarom sommige 'beleggingsexperts' beweren geld te kunnen verdienen in dalende en stijgende markten. Ze vergeten echter te vertellen dat in markten waarin er consolidatie plaatsvindt, juist geld verloren wordt.

Short gaan

Wat bedoeld men met short gaan? Men speculeert op een daling van het financiële product. Bij aandelen leent men aandelen van andere mensen, die bij dezelfde broker zijn aangesloten, en verkoopt deze. De broker krijgt daarvoor een vergoeding. Later koopt men deze goedkoper terug. Op die manier maakt men winst met het speculeren op een daling. Bij futures, turbo's en speeders, is short gaan niets anders dan de tegenovergestelde positie van een weddenschap aannemen. Short gaan is in feite hetzelfde als long gaan. Wanneer iemand geld verdient, verliest iemand anders dit geld. Short gaan op deze derivaten is daarom eenvoudiger dan short gaan op aandelen. Bij opties is short gaan hetzelfde als call-opties schrijven of put-opties kopen.

Welk financieel product moet men kiezen om long of short mee te gaan?

Voor long gaan maakt het in feite niet uit welk product men daarvoor gebruikt. Long gaan, is met zowel aandelen als derivaten erg eenvoudig. Het enige wat anders is dat meestal de hefboom verschilt waarmee men long gaat.

Voor short gaan maakt het echter wel uit. Short gaan op aandelen is minder voordelig dan long gaan op aandelen, en dan short gaan op derivaten. De reden daarachter, is ten eerste, dat bij short gaan op aandelen in vergelijking met long gaan op aandelen, men een oneindige risico heeft. Immers, wanneer men short gaat op een aandeel ter waarde van €5, en deze later terugkoopt voor €15 per aandeel, verliest men meer dan 100% van het ingelegde bedrag. Bij long gaan verliest men nooit meer dan 100% van het ingelegde bedrag. Ook is het zo, dat het percentage dat men winst maakt bij short gaan op een aandeel, nooit hoger is dan 100%. Wanneer men zonder een hefboom short gaat, dient men minstens €5 als onderpand te hebben in uw broker-account. Immers, zonder dit onderpand is het alsof u nep-aandelen verkoopt zonder limiet. Wanneer het aandeel dan waardeloos wordt hoeft u het aandeel niet terug te kopen, maar is de winst maximaal €5. De maximale winst is dan ook maar 100% op de inleg. Short gaan is dan ook voordeliger op derivaten. Men moet wel in acht nemen dat derivaten vaak een hogere hefboom hebben dan aandelen.

Is het voordeliger om long of short te gaan?

Veel mensen zeggen dat het beter is om long te gaan, en dan vooral long te gaan in aandelen. Men verliest nooit meer dan 100% van zijn inleg, en men verwijst dan naar de DOW-index. Dit is is de langstlopende index ter wereld en meer dan honderd jaar oud. Deze laat zien dat elke berenmarkt, een markt gekenmerkt door dalingen van aandelenprijzen, gevolgd wordt door een periode van voorspoed. In feite kan men goed zien dat dalingen, zelfs in de Grote Depressie van de jaren '30, verwaarloosbaar zijn. In meer dan honderd jaar tijd is de DOW-index gestegen van het basisgetal 100 naar het hoogtepunt van 14,000.
Het is echter de vraag hoeveel waarheid achter deze stelling zit. Men houdt bijvoorbeeld geen rekening met het feit dat de DOW van 100 jaar geleden er volledig anders uitzag dan de DOW van nu. Aandelenindexen zijn niet statisch maar dynamisch. Maar één bedrijf uit de toenmalige DOW bestaat nog, General Electric. In 2009 zijn General Motors en Citigroup verwijderd uit de DOW. De rest van de bedrijven zijn overgenomen of bankroet gegaan. Wanneer men kijkt naar het aantal bedrijven dat tegenwoordig op de beurzen wereldwijd aanwezig zijn, en vergelijkt met het aantal bedrijven dat ooit op de beurs gezeten heeft, dan schrikt men van het cijfer. Maar 2-3% van het totaal aantal beursbedrijven maakt nu deel uit van de beurs. Het hangt dus erg af of men het goede aandeel kiest, dat men winst maakt. Dit wordt ook wel Survivorship's bias genoemd. Men kan besluiten te kiezen voor passief indexbeleggen, zodat men geen aandeel hoeft uit te kiezen. Maar hier kleeft een nadeel aan. De DOW is dan wel in 100 jaar blijven stijgen, maar de NIKKEI-index van Japan bevindt zich al 20 jaar in een berenmarkt is. Vanaf de top van 40,000 naar minder dan 10,000 nu. Investeerders die kochten op de top hebben dan globaal meer dan 75% van hun geld verloren. Een goede index kiezen kan net zo belangrijk zijn als een goed aandeel kiezen. De juiste timing en de juiste winstgevende richting uitkiezen, met behulp van bijvoorbeeld technische analyse, is echter niet zo makkelijk. Een eenduidig antwoord, of het beter is long of short te gaan, is daarom niet te geven. Het is wel zo dat winsten bij short gaan over het algemeen sneller komen dan bij long gaan. Bij short gaan kan men profiteren van panic selling. Bij long gaan heeft men juist last van een wall of worry, behalve bij een bubbel.