Let op uw voorlopige teruggave
De Belastingdienst gaat op eigen initiatief uw voorlopige teruggave ook in een nieuw jaar voortzetten. U hoeft niet opnieuw het verzoek tot een voorlopige teruggave in te dienen. Dit biedt gemak, maar u loopt kans op een maandelijkse teruggave die te hoog uitvalt.
De Belastingdienst biedt gemak door in een nieuw belastingjaar de gegevens van het voorgaande jaar te blijven hanteren. Hierdoor hoeft u niet opnieuw een verzoek tot voorlopige teruggave in te dienen. De keerzijde is dat u wel in actie moet komen indien het bedrag aan teruggave gemuteerd moet worden. Stijgt uw jaarlijkse teruggave door bijvoorbeeld hogere aftrekposten? Dan is er niet veel aan de hand. Op het moment dat u minder moet terugkrijgen kan de hoge teruggave ervoor zorgen dat u bij de jaarlijkse aangifte moet bijbetalen.
Wat is een voorlopige teruggave?
Over inkomsten moet u inkomstenbelasting betalen. De loonadministratie gaat maandelijks vaststellen hoeveel belasting u moet betalen over de inkomsten. In het geval de werknemer aftrekposten heeft, zal de werkgever teveel belasting inhouden. Door de aftrekposten valt de hoogte van de belastingheffing namelijk lager uit. Na de jaarlijkse aangifte die u uiterlijk 1 april van het opvolgende jaar moet insturen, wordt inzichtelijk gemaakt hoeveel geld u terug gaat ontvangen. U kunt een voorschot krijgen op de teruggave waar u recht op hebt door middel van een voorlopige teruggave. Het voordeel is dat u gedurende het lopende belastingjaar ook al geld terug krijgt dat u anders pas zou krijgen na de jaarlijkse opgave in het jaar volgend op het betreffende belastingjaar.
Wanneer moet ik mijn voorlopige teruggave aanpassen?
De hoogte van de voorlopige teruggave is afhankelijk van de hoogte van de aftrekposten en het inkomen. De belangrijkste aftrekpost is de betaalde hypotheekrente. Over het algemeen zijn deze lasten redelijk stabiel, maar door extra aflossingen en nieuwe rentevast periodes kunnen er verschillen optreden. Stel, u lost op 1 januari in een bepaald jaar €15.000 extra af. De hoogte van de hypotheekrente bedraagt 5,7%. De rentelasten zullen hierdoor €855 zakken. Dit zal ook invloed hebben op de hoogte van de voorlopige teruggave, want deze €855 is nog wel rekening mee gehouden in de voorlopige teruggave, maar betaalt u niet meer.
Hoe kan ik de voorlopige teruggave aanpassen?
U kunt uw voorlopige teruggave aanpassen door een nieuw verzoek in te dienen. Deze zal het oude verzoek overschrijven en de maandelijkse teruggave zal gebaseerd gaan worden op de nieuwe gegevens. Dit hoeft u niet te doen aan het begin van het jaar, want dat kan op ieder willekeurig moment. Op basis van de nieuwe gegevens zal de Belastingdienst een nieuwe berekening maken waarbij rekening wordt gehouden met de al uitgekeerde bedragen en de resterende periode van het jaar. Indien u in de loop van het jaar het verzoek verstuurt waaruit blijkt dat de teruggave €250 lager moet zijn, zal in de resterende maanden dermate minder uitgekeerd, dat u eind van het jaar niet teveel uitgekeerd hebt ontvangen.
Waardoor kan het teruggave bedrag wijzigen?
Dit kan verschillende oorzaken hebben. Eerder is het artikel werd al genoemd dat een extra aflossing zorgt voor een lagere teruggave, maar u kunt bijvoorbeeld ook denken aan een sterk verlaagde inkomen. Hierdoor is het mogelijk dat in de voorlopige teruggave rekening is gehouden met een te hoge belastingdruk. Bij kleine aanpassingen in uw inkomen of aftrekposten hoeft u niet gelijk een nieuwe voorlopige teruggave in te vullen.