Belastbaar inkomen berekenen
Het belastbaar inkomen is het inkomen waarover inkomstenbelasting moet worden betaald, minus de aftrekposten. Voor de inkomstenbelasting zijn er drie soorten belastbaar inkomen, verdeeld over box 1, box 2 en box 3. Hoe kun je het belastbaar inkomen berekenen?
Wat is het belastbaar inkomen?
Het belastbaar inkomen is het bedrag waarover u inkomstenbelasting moet betalen. Niet alleen voor de belastingaangifte is het belangrijk om een overzicht te hebben van uw belastbaar inkomen, maar ook wanneer u een hypotheek wilt afsluiten zal worden gekeken naar het belastbaar inkomen.
Wat is verzamelinkomen?
Het belastbaar inkomen is het totaal van uw inkomsten en aftrekposten in de 3 boxen van het belastingstelsel. Oftewel: het is precies hetzelfde als “belastbaar inkomen”. De term “belastbaar inkomen” is echter afgeschaft, aangezien er sprake is van 3 boxen met verschillende belastingtarieven, vrijstellingen, drempels et cetera. Daarom spreekt de Belastingdienst nu van “verzamelinkomen”.
Belastbaar inkomen berekenen
De inkomstenbelasting wordt berekend via het boxenstelsel. Er zijn drie soorten belastbaar inkomen te onderscheiden, die per box worden belast.
Box 1: Belastbaar inkomen uit werk en woning
De
inkomsten uit box 1 worden opgeteld:
- Loon uit dienstverband
- Winst uit onderneming
- Inkomen uit overige werkzaamheden
- Inkomen uit sociale uitkeringen/pensioen
- Inkomen uit lijfrente
- Inkomen uit alimentatie
- Eigenwoningforfait
Aftrekposten box 1
- Hypotheekrente (geen consumptief krediet)
- ondernemersaftrek
- werknemersaftrek
- uitgaven voor inkomensvoorzieningen
- betaalde alimentatie
- overige persoonsgebonden aftrek
Het saldo van de inkomsten min de aftrekposten is het belastbaar inkomen uit box 1. Vervolgens kunt u aan de hand van de belastingschijven bepalen in welk belastingtarief u valt. Het belangstelsel in Nederland is progressief. Naarmate u meer verdient, betaalt u meer belasting. De belastingtarieven variëren van 33% tot 52%.
Box 2: belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang
Een aanmerkelijk belang houdt in dat een belastingplichtige ten minste 5% van het aandelenkapitaal van een vennootschap of coöperatie bezit.
Inkomsten box 2
- Dividend
- Vervreemdingsvoordelen, zoals winst uit de verkoop van aandelen
- Aftrekposten box 2
- Kosten die gelieerd zijn aan de bovengenoemde inkomsten
Het saldo van de inkomsten en aftrekposten is het belastbaar inkomen in box 2. Het belastingtarief dat u moet betalen, is in 2011 vastgesteld op 25%.
Box 3: belastbaar inkomen uit sparen en beleggen
In box 3 wordt het vermogen belast; deze belasting wordt ook wel “vermogensrendementsheffing” genoemd.
Inkomsten box 3
De volgende inkomsten vallen in box 3:
- beleggingen in aandelen, beleggingsfondsen, obligaties en andere beleggingen
- onroerende zaken, exclusief de hoofdwoning: een tweede woning wordt wel belast in box 3
- rechten op onroerende zaken
- waarden van belegging – en spaarverzekeringen, voor zover deze niet belast zijn in box 1.
Aftrekposten box 3
De schulden mogen in mindering worden gebracht op de inkomsten, mits zij hoger zijn dan de zogenaamde “schuldendrempel” die in 2011 (en in 2010) is vastgesteld op €2.900.
Heffingvrij vermogen
Per belastingplichtige geldt in box 3 een heffingvrij vermogen, ook wel “vrijstelling” genoemd. In 2011 is deze vrijstelling €20.785 (in 2010 €20.661). Dat houdt in dat er alleen belasting moet worden betaald voor het bedrag dat boven de vrijstelling uitkomt. Belastingplichtigen die het gezag uitoefenen over minderjarige kinderen, hebben bovendien recht op een extra vrijstelling van € 2.779 (in 2010 €2.762) per kind.
Belastbaar inkomen box 3 berekenen
Het belastbaar inkomen in box 3 wordt berekend door het vermogen (en overige inkomsten) te verminderen met de vrijstelling en vervolgens met de schulden. Over dit bedrag wordt 1,2% vermogensrendementsheffing betaald.
Conclusie: belastbaar inkomen berekenen
Het belastbaar inkomen wordt berekend door in alle 3 boxen de inkomsten op te tellen en te verminderen met de aftrekposten. In alle 3 boxen gelden verschillende tarieven en mogelijke vrijstellingen.