Lage rentevoet, herfinancier uw lening
De jongste economische crisis waarmee we de voorbije jaren te kampen kregen, en waarvan de naweeën nu nog altijd voelbaar zijn, heeft verwonderlijk genoeg ook positieve gevolgen. De jongste maanden was de rentestand inderdaad nooit lager dan vandaag en dat is bijzonder goed nieuws voor huiseigenaars, voor wie het nu pas écht intressant is om hun lopend woonkrediet te herfinancieren.
Op welke manier bepalen we of het intressant is om met zijn huisbankier te gaan onderhandelen over de herziening van zijn woonkrediet of andere lening? Een belangrijke vraag, want tijdens het tweede kwartaal van dit jaar werden meer dan zeventigduizend hypothecaire leningen afgesloten. Bij méér dan tien procent hiervan ging het om herfinanciering van een lopend (woon)krediet. Afgaand op deze resultaten, ligt het aantal herfinancieringen het voorbije kwartaal op het hoogste niveau sinds drie jaar.
krediet voortdurend doorlichten
Tijdens de looptijd van zijn (woon)krediet doet men er goed aan zich regelmatig af te vragen of het intressant en dus renderend zou zijn om zijn lopend krediet te herfinancieren. Een jaarlijkse doolichting van zijn lopend (woon)krediet is volgens financiële deskundigen een aanrader. Zeker nu de rente zich op een absoluut dieptepunt bevindt, is het vandaag hét moment om zijn lopend woonkrediet te heronderhandelen met zijn bankier, dat levert beslist heelwat winst op. Het is nochtans belangrijk dat men zich daarbij niet enkel blindstaart op de rente van de zijn lopende lening. Een herfinanciering is inderdaad pas intressant, van zodra er een renteverschil van minstens één procent wordt vastgesteld en de restetrende looptijd minstens tien jaar bedraagt. Of de herfinanciering van zijn woonkrediet de moeite loont, hangt overigens van verschillende factoren af.
Interne of externe financiering
Hoe hoog de kosten van zijn lening oplopen, wordt mede bepaald door het feit of het een interne of een externe herfinanciering betreft. Bij een interne financiering zal men bij zijn vertrouwde bankier proberen intressantere kredietvoorwaarden te onderhandelen. Bij een extrene herfinanciering zoekt men betere kredietvoorwaarden bij een andere bank.
Een interne herfinanciering brengt minder kosten met zich mee dan een externe herfinanciering. De huisbankier weet dat uiteraard ook? en zal zijn (vaste) klant dus niet meteen zijn meest voordelige tarief voorstellen. Zijn (woon)krediet herfinancieren bij een andere bank biedt op dit vlak meestal betere voorwaarden.
Bij een interne herfinanciering moet men overigens nog met andere factoren rekening houden. Zo moet men naast dossierkosten ook nog een wederbeleggingsvergoeding betalen. Deze bedraagt minstens drie maanden rente op het uitstaande kapitaal. Iedere bank rekent een dergelijke wederbeleggingsvergoeding aan, ook al is dat niet wettelijk verplicht. Men aanziet zo'n wederbeleggingsvergoeding als een schadeloosstelling, omdat de oorspronkelijke voorwaarden van zijn kredietovereenkomst niet nagekomen zijn.
Bij een externe herfinanciering, komen er boven deze dossierkosten en de wederbeleggingsvergoeding, ook nog de kosten voor de zogenaamde handlichting van de hypotheek én de hypotheekkosten voor het nieuwe af te sluiten krediet. De nieuwe bank wil immers ook een hypotheek in eerste rang op de te financieren woning. En dit laatste kan pas wanneer het oude krediet officieel werd geschrapt.
Vergelijk geen appelen met citroenen
Alleen wanneer men als kredietnemer een antwoord heeft op al deze vragen, weet men of zo'n herfanciering van zijn woonkrediet écht de moeite loont. Daarbij moet men oog hebben voor het totale kostenplaatje, en ook hier géén appelen met citroenen vergelijken. Men moet in de eerste plaats uitmaken of men voor een variabele dan wel een vaste rentevoet kiest. Daarbij mag men niet uit het oog verliezen de maandelijkse aflossingen van zijn variabel woonkrdiet de komende jaren ongetwijfeld kan stijgen. Zeker wanneer men weet dat de winstmarges die de banken nemen op formules met een variabele rente, opmerkelijk hoger liggen dan enkele jaren geleden. Het overstappen van een vaste naar een variabele leningformule is momenteel op langere termijn wellicht géén voordelige oplossing.
Variabel woonkrediet in opmars
Woningleningen met een variabele formule zijn de jongste jaren in opmars. Twee jaar geleden koos ruim 85% van diegenen die een woonlening onderschreven, voor een vaste rentevoet. Begin dit jaar was dit cijfer teruggevallen tot amper 36%. Belangrijke vaststelling hierbij is ook dat tijdens dezelfde periode het aandeel van de leningformule met een jaarlijks aanpasbare rente steeg van bijna 2 tot... 46%.
Ook de woonleningen waarvan de rente driejaarlijks aanpasbaar zijn steeg opmerkelijk tot boven de tien procent. En nu blijKt dat de jongste weken de leningen met een vaste rentevoet weer duidelijk aan belangstelling winnen. Uitkijken en vergelijken is ook hier dus de boodschap.