Economie: hoe ernstig was de economische crisis van 2008?
De economische crisis van 2008 heeft de wereldeconomie verrast door haar grote omvang en haar algemeen karakter. Niet alleen de beurzen tuimelden wereldwijd naar beneden, maar ook de reële economie kreeg grote klappen. Het bijzondere aan deze economische crisis was de globaliteit ervan. Over heel de wereld hadden banken steun nodig om te overleven en verloren werknemers hun baan omwille van de stagnerende economie. Onder economisten heerste verdeeldheid en twijfel over de ernst van de crisis van 2008. Sommige specialisten menen dat de economie er in de meeste landen door de redding van de banken weer bovenop is gekomen, terwijl anderen de kunstmatigheid van de economische groei aan de kaak stellen. Een bescheiden economische groei in de jaren 2009-2015 was immers voor een groot deel gebaseerd op het monetair beleid van de Amerikaanse en Europese Centrale Bank. Deze instellingen pompten immers zoveel geld in de economie dat deze niet anders kon dan opnieuw aantrekken.
Invloed economische crisis 2008
De invloed van de economische crisis van eind 2008 werd jaren later nog steeds waargenomen. De bankencrisis van 2008 leidde tot een ineenstorting van de beurzen en tastte de reële wereldeconomie aan. Volgens sommigen kwam zelfs het hele kapitalistisch systeem van de vrije handel op de helling te staan. Door de staatsfinanciering van de banken werd de rol van de overheid immers veel groter. Bovendien gingen overheden daardoor schulden opstapelen, wat uiteindelijk leidde tot de Europese schuldencrisis van 2010-2011.
Amerika: motor van de wereldeconomie
De economische crisis van 2008 werd ontketend in de Verenigde Staten van Amerika, waar een groot aantal mensen hun hypotheek niet meer konden afbetalen. Hierdoor kwamen heel wat banken in financiële problemen en dat zorgde voor grote onzekerheid op de beurs van
Wall Street. De Amerikaanse regering besloot de banken in moeilijkheden extra geld te geven om er weer bovenop te komen. Het probleem hierbij is dat Amerika als grootste economische macht ter wereld bijna niet anders kon dan de rest van de wereld in de crisis meesleuren. De motor van de wereldeconomie lag hierdoor een hele tijd stil.
Redding banken
Het bijzondere aan de crisis van 2008 was de extreem grote onzekerheid wereldwijd. Economisten wezen erop dat alle grote banken ter wereld in hetzelfde schuitje zaten en wel moesten gered worden. Gingen enkele van de grootste banken ter wereld failliet, dan zou het hele financiële systeem instorten, wat zou kunnen leiden tot chaos en anarchie. Om die reden lieten centrale banken geld bijdrukken om de in nood verkerende banken van de ondergang te redden. Op die manier kreeg de economie weer wat ademruimte en verdween de onzekerheid in de economische wereld én in de samenleving. In de loop van 2009 ontstond door dit beleid een bescheiden groei van de economie in Europa en Amerika, wat de globale wereldeconomie weer geleidelijk aan de hoogte in stuwde.
Nieuwe economische groei
Die economische groei kon verder gestimuleerd worden door de herstelplannen van de regeringen, zoals het financieel bijstaan van de banken bijvoorbeeld. Maar het geld pompen in banken kon niet blijven duren: het zet immers de financiële toestand van de overheden onder grote druk. Intussen werd zowat overal ter wereld de
rente verlaagd, waardoor investeren en consumeren goedkoper werd. Maar na verloop van tijd zullen deze kunstmatige maatregelen uiteindelijk moeten aangevuld worden met een heropleving van de reële economie.
Herstel wereldeconomie
Waarschijnlijk zal het niet Amerika zijn die voor een blijvende heropleving van de reële economie zal zorgen. De Amerikanen hebben veel schulden en het zal zaak zijn om die eerst af te betalen. Het is dus niet te verwachten dat de gemiddelde Amerikaan in de nasleep van de crisis veel zal gaan consumeren om de wereldeconomie weer aan te zwengelen. Toch is er in de jaren 2014-2015 weer hoop gegroeid voor de Amerikaanse economie, die stilaan weer kon recht krabbelen na enkele woelige jaren. Ook na de verkiezing van Donald Trump in 2016 kende Amerika enkele jaren van economische bloei, die echter gefnuikt werd door de uitbraak van het coronavirus (covid-19) in 2020.
China als motor van de wereldeconomie
Een belangrijke rol in het herstel van de wereldeconomie werd gespeeld door de economieën die sinds het begin van de eenentwintigste eeuw in grote ontwikkeling zijn, zoals de Indische en de Chinese economie. Vooral
China was hierbij cruciaal: haar economie wordt niet voor niets beschouwd als "de fabriek van de wereld". China kende wel een groeivertraging door de globale economische crisis maar krabbelde ook weer recht in de periode 2010-2012, waarna er stilaan een periode van welvaart aanbrak voor het land.
China: nieuw economisch model?
De vraag is of
China door haar sterke overheidsmacht de wereldeconomie kan blijven stimuleren. Als dit het geval is, zou het wel eens kunnen dat het Chinese model ook in het Westen opgang zal maken. De mogelijkheid bestaat dat de rol van de overheid op economisch vlak groter zal worden. Dit is al gebeurd met het nationaliseren van sommige banken in Europa in periode 2008-2009..
Gemengd model
Een andere mogelijkheid is dat het Chinese model wordt gemengd met een soort gereguleerd model van
vrije handel. De vrije handel zou door de overheid kunnen gereguleerd worden volgens ecologische en sociale criteria. Zo is er bijvoorbeeld al beslist om meer controle uit te voeren op de banken, en het bankgeheim grotendeels op te heffen. Verder zijn er initiatieven genomen om het doorsluizen van geld naar belastingparadijzen beter te controleren en uiteindelijk af te raden.