Miljonairs willen alleen maar meer
Voor velen is het hebben van veel geld geen doel op zich. Iedereen wil over voldoende geld beschikken om te leven zoals ze willen leven. Het altijd streven naar meer geld kan een problematische doelstelling zijn.Over mensen op topposities in het bedrijfsleven lezen wij zo nu en dan over frauderende praktijken. Vaak zijn het mannen die al meer geld bezitten dan ze ooit kunnen opmaken. Deze mensen blijken meer gericht te zijn op méér geld dan iemand met een modaal inkomen. Eerst streven ze naar een bepaald doel, zodra deze gerealiseerd is voelen ze een korte periode een gevoel van voldoening. Kort daarna zijn de doelen alweer bijgesteld. Eerst wordt er gestreefd naar één miljoen om vervolgens te streven naar een verdubbeling.
Risico’s nemen
Om veel geld te verdienen op de beurs zijn mensen vaak bereid om grote beleggingsrisico’s te lopen. Indien het lukt, vergroten ze het vermogen, gaat het mis dan leveren ze aan rijkdom in. Bij veel vermogende beleggers gaat het niet meer om het geld maar om het spel. Het maakt in principe niet meer uit hoe groot het vermogen is, maar uitsluitend het gemaakte rendement telt. Beleggers met een beperkt vermogen nemen minder risico’s dan beleggers met een groot vermogen. Het hebben van een groot vermogen wakkert de hebzucht naar meer alleen maar aan.Voorbeeld
Stel, een belegger heeft een vermogen van € 1 miljoen. Het vermogen kan geplaatst worden op “redelijk” veilige spaarrekeningen of obligatiefondsen. Hij kan echter ook besluiten door te gaan met risicovolle beleggingen op de beurs, met alle risico’s van dien. Op de beurs zijn er hoge rendementen te realiseren, maar ook grote verliezen te incasseren. Gedurende de kredietcrisis zijn waardedalingen van aandelen van 30% geen uitzondering. In dit geval wordt er geen rendement gemaakt maar verliest de belegger een deel van de waarde. Er gaat dus kapitaal verloren. Hadden ze gekozen voor een spaarrekening dan was het rendement ongeveer tussen de drie en vier procent geweest.