Wat zijn opties? De werking, soorten, voordelen en risico
Opties spreken tot de verbeelding van heel wat beleggers. De beleggingsvorm is boeiende en uitdagende materie en heeft een eigen vakjargon. In boeken over optiestrategieën goochelt men met termen als butterflies, iron condors, covered calls en married puts. Wie al wat ervaring heeft met beleggen zal vroeg of laat willen proeven van deze 'financiële wondertjes' zoals men ze soms noemt. De werking van call en put opties is voor een beginnend belegger vaak onduidelijk. Hoewel opties heel wat voordelen bieden zijn ze in de verkeerde handen ook een gevaarlijk instrument met heel wat risico en nadelen. Opties kunnen immers niet alleen snel tot grote winsten maar ook tot forse verliezen leiden.
Wat zijn opties?
Derivaten
Opties behoren net als
futures tot de zogenaamde ‘derivaten’ of afgeleide producten. Een optie is een belegging waarbij je niet rechtstreeks aandelen of obligaties koopt maar een optie op die aandelen of obligaties. Met een optie koop je eigenlijk een recht om in de toekomst tegen een vastgestelde prijs de aandelen of obligaties te kopen of te verkopen. Tegelijk heeft de 'schrijver' van de optie (degene die ze heeft uitgegeven) ook de plicht om de onderliggende waarde tegen die prijs te leveren van zodra de koper zijn optie uitoefent.
Je kan het wat vergelijken met de optie op een huis. Wanneer de financiering rond is maak je gebruik van je recht om het huis te kopen door de optie uit te oefenen. Het principe op de beurs is hetzelfde. Alleen gaan de opties hier over financiële instrumenten zoals aandelen.
De onderliggende waarde
Een optie kan trouwens niet alleen op aandelen of obligaties betrekking hebben. Ook opties op beursindexen, vreemde munten, goud en vele andere soorten beleggingen komen voor.
Soorten
Men spreekt op de beurs over call en put opties.
Call optie
Deze optie geeft je het recht om de onderliggende waarde tegen een voorafbepaalde prijs te mogen
kopen. Je zou bijvoorbeeld een optie kunnen kopen om aandelen AB Inbev aan te schaffen aan 106 euro per stuk. Is de koers van AB Inbev gestegen sinds je de optie hebt aangekocht doe je een goede zaak. De aandelen staan intussen bijvoorbeeld 108 euro terwijl jij ze dankzij je optierecht nog steeds aan 106 euro kan kopen. Is de koers van AB Inbev echter sindsdien gedaald zal je optie veel minder waard zijn.
Put optie
Bij een put optie heb je een recht om de onderliggende waarde tegen een voorafbepaalde prijs te mogen
verkopen. In tegenstelling tot een call optie hoop je hier dat de prijs van de onderliggende waarde intussen is gedaald. Stel dat de optie betrekking heeft op een aandeel. Sindsdien is het aandeel fors gedaald naar een koers van 18 EUR, maar jij hebt een optie die toelaat om het aandeel nog aan 30 EUR te verkopen. Het lijkt een beetje op een verzekering: je verzekert jezelf tegen een mogelijke koersdaling door een put optie te kopen. Je begrijpt dat de waarde van je optie op dat moment sterk gestegen is.
Werking van opties
Een aandeel kopen is relatief eenvoudig. Koop je op een bepaald moment een aandeel weet je precies wat de prijs is. Wil je een optie kopen op dat aandeel liggen de zaken wat moeilijker. Je zal immers moeten kiezen uit verschillende opties die voorhanden zijn op datzelfde aandeel, maar met verschillende modaliteiten:
Expiratietijd of looptijd
De meeste opties hebben een looptijd van drie, zes of negen maanden. Tijdens deze periode is je optie en je recht geldig. Ook langere looptijden kunnen voorkomen. Nadien is je optie niets meer waard: alle rechten en plichten die eruit voortvloeien zijn dan vervallen.
Uitoefenprijs
De uitoefenprijs is de afgesproken prijs waartegen je het onderliggend aandeel kan kopen of verkopen.
Optiepremie
De optiepremie is de prijs die je betaalt om de optie aan te kopen. De ene optie is duurder dan de andere. Dit hangt af van hoe interessant de optie op dat moment is voor de koper. Stel dat een calloptie een uitoefenprijs heeft die nu al onder de huidige koers van het onderliggend aandeel ligt. Deze optie is dus nu al direct winstgevend. Ze zal dan ook meer kosten dan een optie met een minder gunstige uitoefenprijs.
Er zijn drie mogelijkheden:
- De optie is ‘in the money’: ze heeft een uitoefenprijs onder de huidige beurskoers van het aandeel en is direct geld waard. Een call met uitoefenprijs 20 euro is 'in the money' als het aandeel op 25 euro staat. Men spreekt ook van opties ‘deep in the money’ wanneer het verschil groot is.
- De optie is ‘at the money’: ze heeft een uitoefenprijs gelijk aan de huidige beurskoers van het aandeel en levert dus nog geen directe winst op.
- De optie is ‘out of the money’: ze heeft een uitoefenprijs boven de huidige beurskoers van het aandeel en is op dit moment nog waardeloos.
Hoeveel een optie waard is (en dus de optiepremie die je ervoor moet betalen om ze te verkrijgen) hangt bovendien niet alleen af van de uitoefenprijs en dus de intrinsieke waarde ervan, maar ook van de verwachtingswaarde. Een optie kan out of the money zijn maar een heel lange looptijd hebben, zodat men verwacht dat deze later in de toekomst op een gegeven moment voor de koper heel interessant zal worden.
De waarde van een optie hangt verder ook af van de koers van de onderliggende waarde en de resterende looptijd van de optie. Hoe langer de optie nog loopt hoe duurder ze is. Daarnaast spelen ook andere factoren een rol waarvan de beweeglijkheid van de onderliggende waarde de belangrijkste is. Men spreekt ook wel van 'volatiliteit', naar de Engelse term 'volatility'. Hoe beweeglijker een onderliggend aandeel is en hoe groter de schommelingen, hoe duurder de optie. De kans is immers groter dat de optie op een bepaald ogenblik interessant zal zijn.
De rente heeft ook een (kleine) invloed op de prijs van opties. Stijgende rente maakt calls duurder en puts goedkoper. Hoe hoger de intrinsieke waarde van de optie, hoe sterker dit effect van de rente merkbaar is.
Notering
In de financiële rubriek van de krant of op gespecialiseerde websites noteert men opties vaak in afgekorte vorm. Dat kan er bijvoorbeeld zo uitzien:
C RD feb '16 30 € 2,60 € 2,70
'C' staat voor 'call optie'. Zo niet zou hier de 'P' van put optie hebben gestaan.
'RD' is op de beurs de afkorting van het aandeel Royal Dutch Shell. 'RD' geeft dus aan wat de onderliggende waarde van de optie is.
'feb '16' betekent dat het recht loopt tot en met de derde vrijdag van februari 2016. Opties lopen bijna altijd af op de derde vrijdag van de afloopmaand.
€ 2,60 is de biedprijs: welke prijs wil de markt op dit moment betalen voor deze optie? € 2,70 is de laatprijs of wat de markt wil hebben voor deze optie. Voor deze prijs wil men de opties laten gaan en dit is dus de prijs die jij zal moeten betalen voor één optie.
Maar opgelet! Een optie gaat steeds over honderd aandelen. Koop je in bovenstaand voorbeeld één optie zal dus je dus geen 2,70 € maar wel 2,70 € x 100 en dus 270 € moeten betalen. Hierbij komen nog de transactiekosten van je bank of broker.
Voordelen
Waarom zou je in godsnaam beleggen in opties? Je kan toch ook gewoon rechtstreeks de onderliggende aandelen kopen indien je denkt dat die gaan stijgen? Dat klopt, maar opties hebben een aantal belangrijke voordelen tegenover aandelen.
Goedkoper
Indien je honderd aandelen wil kopen vraagt dat meestal een fikse investering. Koop je honderd aandelen aan 25 euro kost je dat 2500 euro: geen klein bedrag.
Met een call optie kan je bijvoorbeeld voor 5,50 euro een recht kopen op honderd aandelen aan een uitoefenprijs van 20 euro voor 550 euro, aanzienlijk minder dan je had moeten investeren om de aandelen rechtstreeks aan te kopen aan de huidige koers.
Hefboomeffect
Met opties zijn hogere rendementen te behalen dan met aandelen. Ondanks je kleinere investering is de mogelijke procentuele stijging en winst fors hoger dan bij aandelen. Men spreekt ook wel van het ‘hefboomeffect’ van opties.
Stel dat je de hierboven beschreven call optie van 5,50 euro hebt gekocht op honderd aandelen aan een uitoefenprijs van 20 euro. Binnen de drie maanden stijgt het aandeel naar 30 euro. De waarde van je optie zal op dat moment 4,50 euro in waarde toenemen. 4,50 euro op een investering van 5,50 euro maakt maar liefst 82% winst. Het aandeel stijgt met 33%, maar de waarde van je optie tegelijk met 82%. Dankzij het hefboomeffect kan je met opties dus een veel hoger rendement halen.
Bescherming van de portefeuille
Put-opties kunnen een manier zijn om je beleggingsportefeuille te beschermen tegen koersdalingen. Denk je dat aandelen in je portefeuille gaan dalen zou je een put kunnen kopen als 'verzekering'. Je hoeft echter niet per se de onderliggende aandelen te bezitten om een put te kunnen kopen en te speculeren op een daling van het aandeel.
Nadelen
Meer risico
Opties hebben een veel hoger risico dan aandelen. De koersschommelingen van een optie zijn immers nog veel scherper. Bovendien is het mogelijk met een optie het volledige ingelegde bedrag te verliezen. Met een aandeel kan dat in principe ook, maar in praktijk komt het toch eerder zelden voor dat een aandeel helemaal niets meer waard is. Tenzij het bedrijf waarvan jij aandelen hebt failliet gaat natuurlijk, maar dat gebeurt niet elke dag.
Voer voor specialisten
Over opties zijn hele boeken vol geschreven. Er is dan ook heel wat meer te vertellen over opties dan het verschil tussen een call en een put en hoe ze werken. Wil je met opties aan de slag zal je je eerst serieus in het onderwerp moeten verdiepen. Zo niet loop je het risico je geld ook heel snel weer te verliezen.
De gevaren en het risico van opties
Zijn opties gevaarlijk? Dat hangt ervan af. In de verkeerde handen zijn opties eerder een gokspel dan een belegging. Maar voor ervaren beleggers kunnen ze een meerwaarde bieden.
Beperk je risico
Opties zijn speculatieve beleggingen. Ze leiden op korte termijn ofwel tot zeer hoge winsten ofwel tot zware verliezen. Om die reden is aan te raden nooit meer dan één tot twee procent van je totale beleggingskapitaal in één optie te investeren. Maak ook niet de fout om voor steeds hogere bedragen opties aan te kopen 'omdat het de vorige keren telkens goed ging'. Eén slechte belegging en je kan in één klap een smak geld verliezen.
Beginnende beleggers
Opties horen niet thuis in de beleggingsportefeuille van beginnende beleggers. Meer nog, voor mensen zonder kennis van zaken zijn opties ronduit gevaarlijk en leveren ze meer risico dan winsten op. Beleg dus alleen in opties wanneer je goed begrijpt hoe ze werken.
Ervaren beleggers
Voor ervaren beleggers die zich echt in opties hebben verdiept of zelfs een cursus hebben gevolgd kunnen opties wél een nuttige aanvulling in hun beleggingsportefeuille zijn. Ze laten toe om extra rendement te behalen en tegelijk het risico van sommige aandelen in je vermogen te beperken. Vooral als 'beschermend' product voor je aandelen kunnen ze nuttig zijn.