Alles over afschrijvingen
In het bedrijfsleven kom je vaak de term afschrijving tegen, maar wat zijn eigenlijk afschrijvingen? Waarom gebruiken we afschrijvingen? Daarnaast zijn er diverse manieren om af te schrijven. Wat zijn die methoden en wat houden ze precies in? Een artikel met alle informatie over afschrijvingen.
Wat is een afschrijving?
Heel simpel is een afschrijving een waardedaling van een voorwerp die wat waard is. Door met de afschrijving geld opzij te zetten, spaar je in principe voor een vervanging als het voorwerp onbruikbaar is geworden of aan vervanging toe is. Zo hoef je niet in één keer een groot bedrag te betalen, maar heb je er al voor gespaard. In bedrijfseconomische termen is een afschrijving een waardedaling van een bedrijfsmiddel over een bepaalde periode. Het is een manier om ouderdom of slijtage in de jaarrekening naar voren te laten komen. Een aantal termen zijn van belang bij afschrijven, hieronder volgt een uitleg.
Kosten
De afschrijving verschijnt op de winst- en verliesrekening als kostenpost met de naam Afschrijvingskosten. Afschrijvingen zorgen er dus voor dat de winst gedrukt wordt. Doordat een wist of verlies aan verandering onderhevig is, zijn er regels voor het afschrijven om window dressing te voorkomen. In termen van accountancy volg je met het afschrijven het matching principe, namelijk elk jaar draagt een deel van de kosten mee in het geheel. De match is kosten met een jaar.
Aanschafwaarde
De aanschafwaarde is het bedrag wat het voorwerp gekost heeft bij aanschaf. Dus de waarde die op de bon staat zonder het BTW bedrag.
Economische- en technische levensduur
De levensduur kan in twee verschillende vormen naar voren komen. De economische levensduur is hoe lang een voorwerp maximaal mee kan gaan binnen een bedrijf. Het stopt daar waar het duurder is om weer een nieuw voorwerp ervoor te kopen. De technische levensduur is de tijd totdat een voorwerp echt niet meer te gebruiken is, dus totdat het voorwerp kapot of versleten is.
Restwaarde
De restwaarde is de waarde is een voorwerp opbrengt als het nog (deels) verkocht kan worden. Deze waarde is zeer van belang bij het uitrekenen van de jaarlijkse afschrijving.
Wie gebruiken er afschrijvingen?
Afschrijvingen worden over het algemeen gebruikt door bedrijven en personen die een eigen bedrijfje hebben. Bij grotere bedrijven kunnen de afschrijvingskosten hoog oplopen, maar ook kleine ondernemers komen niet onder afschrijven uit. In Nederland bestaan er geen wettelijke regels om te afschrijven en daarom zijn verschillende manieren toegestaan.
Waarop kun je afschrijven?
Je schrijft vooral af op voorwerpen die een waarde hebben. Een voorraad simpele pennen of print papier hebben niet en een enorm hoge waarde en zijn dus gewone kosten. Een bedrijfspand, computers, bedrijfsauto's en machines hebben een hogere waarde en daar wordt dan wel op afgeschreven. Al deze zaken verliezen naar mate de tijd verstrijkt hun waarde en zullen over een aantal jaren weer opnieuw moeten worden gekocht.
Hoeveel schrijf je per jaar af?
Hoeveel je afschrijft hangt van het voorwerp af waarop wordt afgeschreven. Over het algemeen wordt op bedrijfspanden lang afgeschreven, soms wel 30 jaar. Een pand gaat natuurlijk ook lang mee en hoeft niet binnen een paar jaar weer overnieuw gebouwd te worden. Bedrijfsauto's of busjes gaan iets minder lang mee en zijn aan slijtage onderhevig. De afschrijving daarop kan veel sneller plaats vinden. Op computers wordt heel snel afgeschreven, omdat computers snel beter worden en oude exemplaren steeds meer gaan kosten. Er zijn een aantal afschrijvingsmethoden, hieronder volgen de verschillende soorten.
Lineair afschrijven
Deze afschrijvingsmethode is één van de meest makkelijke methoden. Er wordt elk jaar precies hetzelfde bedrag afgeschreven totdat het voorwerp niets meer waard is.
- Voorbeeld: Een nieuwe bedrijfsbus kost € 10.000, de verwachting is dat deze bus ongeveer tien jaar mee kan gaan en na die zeven jaar kan een bedrijf er nog maximaal € 500 voor krijgen. De jaarlijkse afschrijving gaat dan worden:
- Afschrijving = (aanschafwaarde minus restwaarde) delen door levensduur en dat is in dit voorbeeld: (10.000 minus 500)/ 10 jaar = € 950. Elk jaar zal dus € 950 van de aanschafwaarde af gaan.
- Snel de afschrijving berekenen kan in Excel met de functie =LIN.AFSCHR, na deze fuctie volgen de volgende onderdelen (aanschafkosten;restwaarde;aantal jaren), voor het voorbeeld is het dan =LIN.AFSCHR(10000;500;10) en dat geeft ook weer € 950
Sum of year digits
Bij deze afschrijvingsmethode schrijf je in de beginjaren meer af dan aan het einde. Je telt de jaren van afschrijven bij elkaar op en elk jaar wordt een deel hiervan afgeschreven.
- Voorbeeld: Je koopt een nieuwe moderne computer voor € 5.000, de verwachting is dat deze computer vier jaar mee kan gaan in de bedrijfsactiviteiten en dat de restwaarde € 250 is.
- Afschrijving = jaar/som van perioden maal (aanschafwaarde minus restwaarde en dat is in dit voorbeeld in het eerste jaar: 4/(4+3+2+1) * (5000-250) = € 1.900. Dit bedrag zal elk jaar kleiner worden, totdat de 0 is bereikt
- Snel de beschrijving berekenen kan in Excel met de functie: =SYD, na deze functie volgen de onderdelen: (aanschafkosten; restwaarde;levensduur;termijn), voor het voorbeeld is het dan: =SYD(5000;250;4;1) en dat geeft ook weer € 1.800
Vast percentage van de boekwaarde
Afschrijven met een vast percentage van de boekwaarde komt veelal voor bij gebouwen, want gebouwen zijn altijd nog wel iets waard. Het komt zeer zelden voor dat een gebouw niets meer waard is en dat een bedrijf moet verhuizen. In dat geval wordt elk jaar een percentage afgeschreven, zoals bijvoorbeeld 7,5%. Hoe verder je komt, hoe lager het bedrag zal zijn.
Maakt het uit welke afschrijvingsmethode je gebruikt?
Op het afschrijven met een vast percentage van de boekwaarde na, is het bedrag ongeacht de afschrijvingsmethode aan de einde van de looptijd 0 euro. Maar waarom zijn er dan zoveel verschillende methoden? Dit heeft vooral te maken met fiscale overwegingen. Afschrijvingskosten drukken het bedrijfsresultaat en hoe lager dat resultaat, hoe minder er aan belasting betaald hoeft te worden in dat betreffende jaar. In de jaarrekening komt dit naar voren door latenties, bekijk ook het artikel over
belastinglatenties. In hele specifieke gevallen is er zelfs een wettelijke plicht om af te schrijven en de manier waarop.
Lees verder