Inkomsten en uitgaven op een rijtje

Door de economische crisis wordt alles om ons heen duurder. Iedereen voelt het wel ergens in zijn portemonnee. Wie zou niet willen dat het anders was? Wat erg belangrijk is als je serieus iets wilt veranderen in financiële situatie, is een volledig inzicht in je inkomsten en uitgaven. Hoe pak je dat nou eigenlijk handig aan?

Inzicht in je inkomsten en uitgaven begint bij bankafschriften langslopen

Om inzicht te krijgen in je inkomsten en uitgaven, kun je beginnen met je bankafschiften langs te lopen. Kies een rustig moment en zorg dat je ruim de tijd hebt. Het makkelijkste is als je van bijvoorbeeld de afgelopen 2 jaar al je bij- en afschrijvingen op je bankafschriften langsloopt. Noteer vervolgens alle instellingen waar met regelmaat geld naartoe gaat vanaf jouw rekening. Maak hierbij onderscheid tussen maandelijkse vaste lasten en jaarlijkse vaste lasten. Denk bij maandelijkse vaste lasten aan hypotheeklasten of huur, verzekeringspremies (ziektekosten, auto, huis, reis, aansprakelijkheid, enz.), gas-water-licht, internet-televisie-telefoon, enz. Bij jaarlijks terugkerende vaste lasten kun je denken aan abonnementen, lidmaatschappen (van bijv. sportvereniging), gemeentebelasting, eigen risico ziektekosten, ouderbijdrages school, vakantie, enz. Sommige jaarlijkse vaste lasten zullen enigszins variabel zijn, zoals bijvoorbeeld de jaarlijkse grote beurt van je auto of je vakantie. Kijk wat je hier de afgelopen jaren aan kwijt bent geweest en hou in je budget rekening met het hoogste bedrag.

Al je inkomsten op een rij

Als je dat gedaan hebt ben je al een heel eind op weg. Wat minstens zo belangrijk is, maar veel minder tijd kost, is het op een rijtje zetten van al je inkomsten. Bij de meesten zal dit gaan om salaris of uitkering, kinderbijslag, vakantiegeld en eventueel belastingteruggave (van bijv. aftrekbare hypotheekrente).

Je weekbudget

Als je dit allemaal op papier hebt staan, tel je al je vaste maandelijkse lasten bij elkaar op. Die trek je af van je totale inkomsten per maand. Tel ook al je jaarlijks terugkerende vaste lasten bij elkaar op en deel dat bedrag door 12. Dit bedrag moet je per maand opzij zetten om deze jaarlijkse lasten te kunnen betalen. En ook dat trek je af van je totale inkomsten per maand. Het bedrag wat je over houdt deel je door 4,5 en je hebt je weekbudget. Dit is het bedrag wat je over hebt om van te leven. Het is wel goed om ook hier een overzicht te maken van wat je allemaal nodig hebt, zodat je niet op maandag bijvoorbeeld het hele bedrag aan kleding uitgeeft. Denk zeker aan dingen als, boodschappen, cadeautjes, (sport)kleding, (sport)schoenen, huisdieren, enz. Het vaste weekbudget kan enorm helpen bij keuzes in de winkel.

Sparen?

In het bovenstaande is overigens geen rekening gehouden met het feit dat het ook altijd slim is om wat te sparen, bijvoorbeeld voor de kinderen of gewoon als buffer voor jezelf. Vooral als je een eigen huis hebt, is het verstandig om een buffer op te bouwen om onderhoudswerkzaamheden te kunnen bekostigen. Kijk , als je wilt sparen, wat je zou kunnen missen per maand en trek ook dit bedrag van je inkomsten af.

Kan het goedkoper?

Als je alles overzichtelijk bij elkaar hebt staan, is het goed om al je uitgaven eens kritisch te bekijken. Vaak zijn er dingen in je vaste lasten die echt wel goedkoper kunnen. Het kost je 1x energie om dat uit te zoeken, en vervolgens heb je er jarenlang voordeel van. Vergelijk bijvoorbeeld energieaanbieders, telecomaanbieders en hypotheeklasten. Vraag desnoods iemand om je erbij te helpen en zet gewoon de stap om over te stappen als je iets goedkopers vindt. Check wel altijd eerst op internet ook ervaringen van andere klanten, zodat je zeker weet dat het een betrouwbare aanbieder is.
Een ander belangrijk punt bij de vraag ‘Kan het goedkoper?’ is om je af te vragen of al je vaste uitgaven wel nodig zijn. Om het nieuws bij te houden heb je bijvoorbeeld echt geen krant meer nodig en meedoen aan loterijen kost over het algemeen meer geld dan het oplevert. Kijk kritisch naar je uitgaven en bepaal wat je echt belangrijk vindt. Alles wat niet per se hoeft kun je stop zetten.