WIA-uitkering, informatie over WIA
Een WIA-uitkering staat voor Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen, afgekort dus WIA. Bent u op 1 januari 2004 of daarna arbeidsongeschikt geworden, dan maakt u recht op een WIA-uitkering. In eerste instantie wordt er 104 weken loon doorbetaald, daarna kunt u aanspraak maken op de WIA-uitkering. Voordat die 104 weken voorbij zijn is het het beste om de WIA bij tijds aan te vragen, om te voorkomen dat u tijdelijk zonder inkomen komt te zitten. Het wordt aanbevolen om een WIA-uitkering uiterlijk in de 93e ziekteweek aan te vragen.
Wat is een WIA-uitkering?
Hoe weet u of u recht heeft op een WA-uitkering en wanneer vraagt u deze aan? Iedereen kent waarschijnlijk wel de WAO-uitkering. WAO staat voor wettelijk arbeidsongeschikt. Vanaf december 2005 is de WIA als opvolging van kracht geworden. Mensen die voor 1 januari 2004 reeds arbeidsongeschikt werden, maken gebruik maken van de oude regeling, de WAO.
Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen
De afkorting WIA staat voor: Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen. Men heeft recht op deze uitkering als men langer dan 104 weken arbeidsongeschikt is, en arbeidsongeschikt blijft. De WIA is dus feitelijk een werknemersverzekering.
WAO of WIA, wat is het verschil?
Bij de WIA wordt er meer gekeken naar wat de arbeidsongeschikte nog wel kan doen. Men richt zich er ook op om met financiële middelen arbeidsongeschikten toch het aan het werk houden. Vaak zijn werknemers namelijk niet volledig arbeidsongeschikt. Daarom hanteert de WIA ook verschillende vormen van arbeidsongeschiktheid om wel of niet tot uitkering te komen:
- Werknemer is minder dan 35% arbeidsongeschikt.
- Werknemer is minstens 35% arbeidsongeschikt, maar minder dan 80% arbeidsongeschikt. Het kan ook zijn dat de werknemer minstens 80% arbeidsongeschikt is maar niet duurzaam arbeidsongeschikt. (WGA).
- Werknemer is minstens 80% arbeidsongeschikt en wel duurzaam arbeidsongeschikt (IVA).
Minder dan 35% arbeidsongeschikt, wat nu?
Als u minder dan 35% arbeidsongeschikt bent, krijgt u geen WIA-uitkering. U blijft dan in dienst bij de werkgever. U heeft mogelijk recht op andere vormen van hulp, zoals subsidie. Men zal zich richten op de mogelijkheden om u aan het werk te houden of te zetten, en u daarbij tegemoet te komen.
Wie bepaalt voor hoeveel procent u arbeidsongeschikt bent?
Als u twee jaar arbeidsongeschikt bent, wordt er gekeken naar de mate van arbeidsongeschiktheid. Niet iedereen is immers 100% arbeidsongeschikt. De UWV stelt vast hoe ernstig de arbeidsongeschiktheid is, en men stelt vast voor hoeveel procent er sprake is van arbeidsgeschiktheid. Er wordt gebruik gemaakt van de zogenaamde WIA-keuring. Aan de hand hiervan wordt u wel of niet geschikt geacht om te werken.
Wia-keuring
De WIA-keuring heeft als doel om vast te stellen waartoe u lichamelijk nog in staat bent, om aan de hand daarvan alsnog geschikt werk (voor u) te kunnen vinden. Er vindt een medische keuring plaatst. Indien u 100% arbeidsongeschikt bent, wordt dit vastgesteld. Indien u niet voor 100% arbeidsongeschikt bent, krijgt u een oproep van de arbeidsdeskundige.
Arbeidsdeskundige voor WIA
De arbeidsdeskundige van de UWV kijkt vooral naar wat er nog wel mogelijk is, en niet naar wat er u meer kunt doen. Natuurlijk wordt er wel degelijk rekening gehouden met beperkingen, maar men wil graag vaststellen wat er nog wel voor mogelijkheden zijn om te kunnen werken. Mede aan de hand van de keuringsrapporten van keuringsarts en arbeidsdeskundige wordt bepaald voor hoeveel procent een persoon nog arbeidsgeschikt is.
Loonverlies
Omdat loonverlies optreedt bij minder werken, wordt bepaald wat verdiencapaciteit is, en wat er minder verdient wordt. Aan de hand van deze verschillen en tekorten komt een werknemer in aanmerking voor een van de uitkeringen aan de hand van de hoeveelheid werk die nog wel of niet verricht kan worden.
- WIA (Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen).
- WGA (Werkhervattingsregeling Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten).
Einde van de WIA-uitkering
Wanneer stopt de WIA-uitkering? Er zijn een aantal redenen waarom de WIA-uitkering weer kan worden stopgezet. Uiteraard stopt de uitkering bij overlijden. Vanaf de eerste dag van overlijden. Voor nabestaanden wordt vervolgens bepaald of zij recht hebben op een overlijdensuitkering. Nabestaanden zijn: de partner, of thuiswonende kinderen jonger dan 18 jaar, of de weduwe of weduwnaar, of de persoon met weid e overledene bij leven in gezinsverband op een en hetzelfde adres woonde, volgens de regels van de GBA (Gemeentelijke Basis administratie):
- iemand in staat is om weer of meer geld te verdienen. De overlijdensuitkering bestaat uit 1 maand bruto WIA, waarover geen belastinggeld of premies hoeven te worden betaald, plus vakantiegeld.
- als de AOW leeftijd wordt bereikt. Op de dag dat u officieel de AOW leeftijd bereikt. Daarna heeft u recht op AOW.
- iemand die langer dan een maand gedetineerd is.
- bij verhuizen naar een nietsverdrag-land.