Verzamelen: kopen en verkopen van oude koloniale munten

Er zijn veel mensen die oude koloniale munten verzamelen. Er is goed geld mee te verdienen. Nederland heeft een rijke koloniale geschiedenis, dus er vallen ook volop munten te verzamelen. De meeste munten zijn afkomstig uit Nederlands-Indië. Ook zijn er munten beschikbaar uit Papoea Nieuw-Guinea en Suriname, zoals de Surinaamse gulden. De munten worden door verzamelaars online en op verschillende beurzen gekocht en verkocht. Lees er alles over in dit artikel. Veel mensen verzamelen oude koloniale munten. Sommige van hen doen dit omdat het een interessante belegging kan zijn waarmee goed geld valt te verdienen. De meeste mensen doen het echter als hobby. In Nederland richten veel verzamelaars zich grotendeels op het Nederlandse koloniale verleden. Het gaat dan met name om munten die afkomstig zijn uit voormalig Nederlands-Indië en Suriname. Er zijn genoeg van munten in omloop, zodat het niet heel duur hoeft te zijn om een start te maken met een verzameling. De meeste munten worden via het internet verhandeld. Andere plaatsen waar dat gebeurt zijn op de zogeheten verzamelbeurzen. Munten die een grotere waarde vertegenwoordigen worden ook bij de verschillende nationale en internationale veilinghuizen verkocht.

Het kopen en verkopen van oude koloniale munten

De waarde van de munt wordt op verschillende manieren vastgesteld. Een munt is meer waard wanneer hij zeldzaam is. Het gaat dan met name om munten die in een kleine oplage zijn gedrukt. Verder wordt de waarde van de munt bepaald door de kwaliteit van een munt. Als een munt zeer roestig is zal de bezitter er minder voor kunnen vragen. Andere factoren die van invloed zijn op de waarde van het materiaal zijn ouderdom en het materiaal waar de munt van gemaakt is. Een munt van goud of zilver zal doorgaans meer opleveren dan een munt van bijvoorbeeld zink.

Koloniale munten uit Nederlands-Indië

De meest voorkomende munt in Nederlands-Indië was de Nederlands-Indische gulden. De munt werd in 1854 ingevoerd. Tot dan toe waren er verschillende andere munten in omloop, zoals de Sumatraanse dollar. Dit was een munt die was ingesteld tijdens de Britse koloniale regering over delen van Indonesië. Een andere munt die verdween was de Javaanse roepie. Dit was de lokale munt die rondging op het eiland Java. Net als in Nederland waren er onder het kwartje, het dubbeltje, de cent, de rijksdaalder en het gouden tientje in omloop. Tijdens de Japanse bezetting werden er nog steeds guldens genoemd Er kwam toen echter de tekst bij te staan De Japansche regering. In 1944 werd de gulden toch vervangen voor de Nederlands-Indische Roepiah. Deze munt verdween direct naar de oorlog nog. Na de oorlog wilde Nederland de gulden terug laten keren. Er werden in 1946 nieuwe biljetten gedrukt, maar Indonesië verkreeg intussen haar onafhankelijkheid. In 1948 werden de laatste biljetten gedrukt.

De Nederlands-Nieuw-Guineese gulden

In Nieuw-Guinea was de Nederlands-Indische gulden in omloop. Aanvankelijk bleef die munt na de onafhankelijkheid van Indonesië nog in omloop. Er was echter te veel geld in omloop en daarom werd in 1950 besloten tot een geldzuivering. Al het bestaande geld werd ongeldig verklaard en bestaande spaartegoeden tijdelijk geblokkeerd. De Nieuw-Guineese gulden werd vervolgens ingevoerd. In de jaren daarna werden stap voor stap de spaartegoeden vrijgegeven. Na de onafhankelijkheid van Papoea Nieuw-Guinea verdween ook de koloniale munt.

De Surinaamse gulden

In Suriname was lange tijd de Nederlandse gulden in omloop. Pas in 1962 kreeg Suriname een eigen munt: de Surinaamse gulden. Ook na de onafhankelijkheid van Suriname in 1975 behield Suriname deze munt met de afbeelding van koningin Juliana erop. Pas in 2004 verving de Surinaamse regering deze munt voor de Surinaamse dollar. Dat kwam omdat de Nederlandse gulden door de hoge inflatie sterk in waarde was afgenomen.