Geld schenken in België, minder makkelijk dan je denkt
Het schenken van geld in België lijkt eenvoudig. Een handgift is immers een 'vormvrije' schenking. Of in mensentaal geformuleerd: een schenking waar geen schenkingsacties of andere vormvereisten aan te pas komen. Strikt genomen moet je dus alleen maar het geld of de goederen overhandigen en klaar is kees. Maar pas op!
Discussie voorkomen
Dat handgiften niet officieel moeten worden geacteerd, betekent echter niet dat je er nergens een spoor van mag achterlaten. Integendeel. Om conflicten later te vermijden, zorg je er beter wel voor dat alles
netjes en duidelijk op papier staat. Zo vermijd je dat er later betwisting ontstaat over je bedoelingen, of over het geschonken bedrag. Het zou immers niet de eerste keer zijn dat er na de dood van een milde schenker een ellenlange juridische discussie op gang komt over de vraag of de overledene het geld wel echt heeft geschonken. Wanneer een 'benadeelde' erfgenaam voor de rechtbank argumenteert dat de begiftigde van de schenking het geld op een slinkse manier heeft ontfutseld van de schenker, kun je maar beter een document hebben dat de schenking bewijst.
Nobele intenties
Toch maar een schriftelijk bewijs opstellen, is dus de boodschap. Dat kun je bijvoorbeeld door als schenker op voorhand een
aangetekende brief te sturen naar de begunstigde en daarin je nobele intenties bekend te maken. Wanneer de begiftigde nadien een
bedankbrief terugstuurt, is het bewijs compleet en kan niemand de schenking later nog betwisten.
Ook wanneer je geld overschrijft van jouw rekening naar de rekening van de begunstigde (
bankgift), laat je de schenking het best gepaard gaan van zo'n schriftelijk bewijs via
briefwisseling. Het woordje 'schenking' als referte om op die manier een bewijs te creëren, doe je echter beter niet. Want daaruit zou de fiscus wel eens kunnen concluderen dat je eigenlijk een notariële schenking bedoelde, maar dat je de notariële akte achterwege hebt gelaten om de schenkingsrechten te omzeilen. Laat je intentie om te schenken dus liever blijken uit een begeleidende briefwisseling dan uit de vermelding op het overschrijvingsformulier.
Sterft de schenker minder dan 3 jaar na de gift, dan wordt de schenking bij de nalatenschap gevoegd
Onbetwistbare datum
Een geschreven document dat de handgift bevestigt, geeft meteen ook een
vaste datum aan de schenking. Ook dat is erg belangrijk. Overlijdt de schenker
minder dan drie jaar na de gift, dan moet de schenking immers bij de nalatenschap worden gevoegd en zijn er
successierechten op verschuldigd. Tegenover de fiscus is het dan ook erg belangrijk dat je kunt aantonen wanneer de schenking precies heeft plaatsgevonden. Om elke betwisting daarover uit te sluiten, verstuur je de aangetekende brief waarin je de schenking aankondigt het best zonder envelop. Vouw de brief toe, plak hem dicht met plakband en schrijf het adres aan de buitenkant op het briefpapier. De post stempelt de brief dan af op het briefpapier, waardoor hij een onbetwistbare datum krijgt. Ook een omslag waarin je een gat hebt geknipt, kan dienstdoen. Vraag aan de postbeambte dan om de brief af te stempelen in het gat zodat de datumstempel op het briefpapier zelf komt te staan.
Alsnog laten registreren?
Overlijd je binnen de drie jaar na de schenking, dan moet de schenking strikt genomen bij de nalatenschap worden gevoegd en moet de begunstigde er toch nog erfenisrechten op betalen. Voel je tijdens de driejarige wachttijd echter je einde naderen, dan bestaat er nog altijd een manier om de
fiscale druk op de geschonken goederen te milderen. Je kunt de handgiftdocumenten dan opnieuw bovenhalen en de handgift
door de notaris laten registreren als notariële schenking. Die registratie kost je weliswaar
3% schenkingsrechten in rechte lijn en
7% voor alle andere begunstigden, maar die tarieven liggen in de meeste gevallen een stuk lager dan de tarieven van de successierechten.
Betaal je deze schenkingsrechten, dan worden hierdoor
alle toekomstige successierechten volledig en definitief van tafel geveegd. Of eenvoudiger gezegd: de schenking hoeft dan niet bij de erfenis te worden geteld als je binnen de drie jaar overlijdt.