Toezichthouders binnen de financiële sector
In Nederland wordt door een aantal instellingen toezicht gehouden op de financiële sector. Elk van deze toezichthouders heeft zijn eigen bevoegdheden om de financiële sector in goede banen te leiden.
Om de belangen van consumenten te waarborgen heeft de overheid een aantal instellingen in Nederland de verantwoordelijkheid gegeven toezicht te houden op de producten en diensten die financiële dienstverleners aanbieden. Voor elk onderdeel van het toezicht is er een aparte toezichthouder. In dit artikel wordt een uitleg gegeven van de werkzaamheden en bevoegdheden van de Autoriteit Financiële Markten, De Nederlandse Bank, en het Bureau Financieel Toezicht.
Autoriteit Financiële Markten
De AFM is in Nederland verantwoordelijk voor het houden van zogeheten 'gedragstoezicht'. Dit houdt in dat zij toezicht houdt op het gedrag van ondernemingen in de financiële sector. Aanbieders van financiële producten zoals leningen, spaarproducten,hypotheken en pensioenen zijn verplicht om hun klanten duidelijke en eerlijke producten aan te bieden. De AFM kan bij overtreding van de regels waarschuwingen uitdelen, aangifte bij het Openbaar Ministerie doen, en dwangsommen en boetes opleggen. Ook kan de AFM in samenwerking met De Nederlandse Bank (DNB) vergunningen verlenen en intrekken.
De AFM is een zelfstandig bestuursorgaan en kan volledig onafhankelijk handelen. De minister van Financiën is verantwoordelijk voor het benoemen van het bestuur en het goedkeuren van de begroting.
De Nederlandse Bank
De Nederlandse Bank (DNB) werkt in grote mate samen met de AFM, maar heeft andere verantwoordelijkheden en bevoegdheden. Voor een gezond financieel systeem is het van belang dat instelling hun verplichtingen na kunnen komen. Als men bijvoorbeeld een schade claimt bij een verzekeraar, moet er vanuit gegaan kunnen worden dat deze de middelen heeft om een claim uit te betalen. DNB houdt toezicht op:
- Banken
- Verzekeraars
- Pensioenfondsen
- Overige instellingen, bijvoorbeeld beleggingsinstellingen
In Nederland mogen financiële producten alleen aangeboden worden door instellingen met een vergunning van De Nederlandse Bank. Een vergunning wordt alleen uitgereikt aan instelling die een goede financiële gezondheid hebben en voldoen aan de voorwaarden voor goed bestuur. De bevoegdheden van De Nederlandse Bank komen voort uit de Wet op het Financiële Toezicht (WFT).
Bureau Financieel Toezicht
Het BFT houdt toezicht op notarissen, belastingadviseurs, accountants en iedereen die vergelijkbare werkzaamheden verricht zoals bijvoorbeeld bedrijfseconomische adviseurs. Zij houdt zich als toezichthouder bezig met de naleving van de anti-witwasregelgeving in Nederland. Het BFT is verantwoordelijk voor de controle op de Wet ter voorkoming van witwassen en financiering van terrorisme (WWFT), en de Wet Melding Ongebruikelijk Transacties (Wet MOT). De bevoegdheden van het BFT zijn vastgelegd in de WWFT en de Algemene Wet Bestuursrecht. De sancties die BFT kan opleggen bestaan boetes en dwangsommen. Ook kan er aangifte gedaan worden bij het Openbaar Ministerie als er overtredingen van de WWFT geconstateerd worden. Hierop staat een maximale gevangenisstraf van 2 jaar.