De Permanente portefeuille van Harry Browne
Iedereen die er over denkt om te gaan beleggen zou het boek "Fail-safe investing: Lifelong Financial security in 30 minutes" van Harry Browne moeten lezen. Het boek kan je veel ellende besparen. Browne gelooft niet in speculeren, denkt dat je moet leren leven met onzekerheid en dat je je beleggingsportefeuille daarop moet inrichten.
Er bestond bij de eerste publicatie van Browne's boek, eind jaren negentig, weinig enthousiasme voor zijn behoudende beleggingsaanpak. Immers wie wil luisteren naar iemand die adviseert om jouw vermogen te verdelen in 25% cash, 25% obligaties, 25% goud en 25% aandelen. Beleggers zochten het toen in de veel spannender Internet en technologie aandelen. Dat niet de massa gelijk heeft gekregen, maar de onpopulaire Browne zegt veel over geld verdienen op de beurs.
Ontnuchterend
Harry Browne (1933-2006) komt met een aantal ontnuchterende constateringen. Op de eerste plaats moet je niet denken ooit rijk te worden met alleen beleggen. Dat bereik je in eerste instantie met je carrière of met je onderneming. Richt je dus op je carrière.
Vertrouw er ook niet op dat anderen jou rijk zullen maken. Financiële adviseurs met een prachtige, langjarige staat van dienst, zullen hun ‘gevoel’ kwijtraken op het moment dat jij gaat handelen op hun adviezen. Hetzelfde geldt voor beleggingssystemen. Zo’n systeem zal goed werken, maar ‘du moment’ dat jij je geld in waagschaal stelt, gaat het mis.
Je zult, schrijft Browne, er mee moeten leren leven dat de financiële markten niet te voorspellen zijn. Alleen door spreiding kan het risico worden beperkt. Je moet accepteren dat bijna altijd één van de vier categorieën (aandelen, obligaties, cash, goud) in waarde zal dalen, met in de wetenschap dat het verlies dubbel en dwars wordt gecompenseerd door de overgebleven ‘assets’.
Speculeren
Over de financiële media schrijft Browne behartenswaardige dingen. Hij onderscheidt twee soorten financiële journalistiek: de ‘helpers’ en de ‘market beaters’. Het heeft wel degelijk zin om naar de eerste categorie te luisteren. Maar met de ‘market beaters’, mensen die denken dat ze het beter kunnen doen dan de marktindex, heeft Browne weinig op.
Het kan zijn dat sommigen inderdaad meerwaarde bieden, maar dan ben je aan het speculeren. Daar heeft Browne niets op tegen, maar doe het wél uit een apart potje. Gebruik nooit geld uit de zogenoemde ‘permanente portefeuille’ voor speculatie.
Terugschroeven
Het boek van Browne is vanuit Amerikaans perspectief geschreven. Maar uitgezonderd de belastingadviezen, is zijn visie goed toepasbaar voor Europeanen. Hij constateert dat de meeste beleggers te veel risico nemen. Bovendien rekenen beleggers op veel te hoge rendementen. Je zult je verwachtingen drastisch moeten terugschroeven.
Als je bij een vermogensbeheerder aanklopt en je zegt 25% in goud te willen beleggen, zal je nog net niet worden weggehoond. Maar met goud en nog eens de helft van het vermogen in staatsobligaties en op een renterekening heb je wél een heel gezonde nachtrust.
Slechts één keer per jaar moet je even wat aandacht schenken aan de portefeuille. Je moet dan de oorspronkelijke verdeling herstellen door net zoveel van de ene sector te verkopen als van een andere sector te kopen om de oorspronkelijke verhoudingen weer kloppend te maken.