Laat u niet afzetten met een woekerpensioen
U heeft er vast wel eens van gehoord: “De Woekerpolis”. Een polis waarbij er (te) veel aan de strijkstok blijft hangen van de tussenpersoon of verzekeringsmaatschappij. Dit fenomeen speelt ook bij collectieve werknemerspensioenregelingen met als gevolg: Werknemers krijgen (veel) minder pensioen dan ze dachten en tegelijkertijd betaalt de werkgever te veel premie.
Woekerpolis
Bij een woekerpolis zijn de totale kosten hoger dan 2,5 % over het belegde vermogen. Dit is de norm die de Ombudsman Financiële Dienstverlening in maart 2008 heeft aanbevolen. Later bleek dat ook bedrijven met een collectieve pensioenregeling vaak (te) veel kosten betalen aan hun verzekeraar of tussenpersoon. Meestal gaat het om zogenoemde beschikbare premieregelingen. Dit zijn regelingen waarbij een vastgestelde premie in een polis wordt gestort en de pensioenuitkomst niet vaststaat. In feite is een woekerpensioen dus een beleggingspolis voor het pensioen.
Kosten pensioenregeling
De pensioenregeling voor werknemers kost al snel tussen de 15% en 20% van de loonsom. Werknemers werken dus bijna één dag in de week voor hun pensioen. Daarmee is pensioen na het salaris de duurste arbeidsvoorwaarde. In de jaren negentig van de vorige eeuw, toen de beurzen maar bleven stijgen, zorgden spectaculaire beleggingsrendementen voor lage premies en stijgende pensioenen. Mede daardoor was er weinig aandacht voor de kosten die tussenpersonen en verzekeraars in rekening brachten.
Sinds de recente beurscrash is op pijnlijke wijze aan het licht gekomen wat er werkelijk aan de strijkstok blijft hangen.
Herkennen woekerpensioen
Of er sprake is van een woekerpensioen kunt u zelf uitvinden door de totale maandpremie (uw deel en dat van uw werkgever) te vermenigvuldigen met de totale deelnametijd. Dat bedrag moet u vergelijken met het bedrag dat op uw overzicht staat onder ‘opgebouwde waarde’. Als daar een verschil van 20 procent of meer in uw nadeel tussen zit, is dat een aardige indicatie dat u een woekerpolis heeft. U moet daarbij nog wel rekening houden met de fluctuaties in de koersen van de beleggingen.
Wat kun je doen?
U kunt uiteraard niet zomaar uit de pensioenregeling stappen.
Wat kunt u nog wel doen?
Zelf aanvullen
Kijk dan of het mogelijk is vrijwillig aan te vullen. Soms mag u bijvoorbeeld uw bonus, tantièmes en dergelijke gebruiken om het pensioen al dan niet binnen de regeling aan te vullen tot het fiscale maximum. Hou wel rekening met de kosten, ook als u bij een andere verzekeraar of bank zou aanvullen met een (bancaire) lijfrente. In veel gevallen is het beter uw eigen pensioenvoorziening in box 3 op te bouwen (met spaargeld of in een goed gespreid wereldwijd beleggingsfonds).
Nu blijven zitten, straks wisselen
Een woekerpensioen haalt niet het maximaal fiscaal toegestane rendement van het ideale plaatje. Als uw beleggingen sterk zijn gedaald, moet u voorlopig blijven zitten waar u zit. Overweeg (na herstel) om eventueel een deel over te zetten naar een garantiefonds (als zo’n fonds niet automatisch in de regeling zit). U heeft dan meer zekerheid over het kapitaal, ook als u tussentijds van werkgever wisselt.
Meng pensioenvormen
Probeer kosten beheersbaar te houden en het risico te spreiden. Ook bij wisseling van werkgever wordt dan een redelijk ouderdomspensioen opgebouwd.
Overleg met uw werkgever
De Pensioenwet geeft duidelijke regels over het niveau van informatieverstrekking en de zorgplicht die werkgever en pensioenuitvoerder hebben jegens de deelnemers. Als de pensioenuitvoerder ernstig zijn verantwoordelijkheden heeft veronachtzaamd, kan de werkgever wellicht onder zijn afspraken uitkomen. Maar zelfs als dat niet kan: overeenkomsten met pensioenverzekeraars lopen niet oneindig door. Als het werkelijk de spuigaten uitloopt met de kosten, kunt u er bij uw werkgever op aandringen om een andere pensioenuitvoerder te zoeken. Ook kan de pensioenregeling tussentijds worden aangepast (op allerlei gebied!).
Blijf werken bij dezelfde baas
Een pensioen op basis van een beschikbare premieregeling kan tot een normaal pensioen leiden, mits de werknemer tot zijn pensioen niet van werkgever verandert (andere pensioenregeling, opnieuw kosten).