Hoe kies je een beleggingsfonds dat je aanstaat?
De laatste jaren kennen de vele verschillende beleggingsfondsen weer ongekende rendementen, maar kunnen ook stevig terugvallen, zoals in de januari-maand. Rendement is daarom niet het enige waar je naar moet kijken. Ook het risico en de kosten zijn bijkomende zaken, die het plaatje compleet maken voor een keuze op langere termijn.
Algemeen
Allereerst moet je vast stellen welke categorie fonds je ligt, te weten een fonds in sparen, obligaties, vastgoed, aandelen, of misschien wel valuta, commodities of opties en futures? Ook combinaties (gemengde fondsen) zijn natuurlijk mogelijk. Daarnaast is een keuze voor een land of een werelddeel, zoals de emerging markets, veel gedaan. Ook een bedrijfstak of branche, zoals gezondheidszorg (healthcare), is een veelgebruikte. Of een bepaald thema, zoals groen beleggen. Kortom: vrijwel onbeperkte keuze.
Rendement
Aan de rendementszijde wordt veelal alleen datgene getoond waar men zich mee denkt te onderscheiden, zoals "rendement dit jaar al 22%" of "laatste 3 jaar gemiddeld 15% rendement". Om een goede vergelijking te maken moet je kijken naar meer dan n periode. En hoe langer de historie van een fonds, hoe betrouwbaarder de gegevens. Voorzover mogelijk moet je in de beoordeling meewegen het rendement vanaf eind vorig jaar (YTD = year-to-date), rendement t.o.v. 1 jaar geleden, 3 jaar geleden, 5 jaar geleden en liefst ook 10 jaar geleden. Daarnaast is het interessant om vast te stellen hoeveel negatieve jaren het fonds kende en bijvoorbeeld de reactie na de ontploffing van de internetbubbel. Er zijn wel degelijk fondsen die geen negatieve jaren of zelfs negatieve maanden kennen of kenden, en dan heb ik het niet alleen over sparen!
Risico
De risico's worden gemeten aan de hand van de Standaarddeviatie, de Beta en de Alpha. De Sharpe Ratio is een risico-indicator, die het verband legt met het rendement. Allereerst de Standaarddeviatie: dit is een indicator voor de volatiliteit. Het geeft aan hoeveel de koersuitslagen afwijken van het gemiddelde in een bepaalde periode.
De Beta (1) geeft aan hoe gevoelig een fonds is voor marktbewegingen. Een fonds met een Beta van boven de 1 doet het beter dan de index als deze laatste stijgt, maar zal het waarschijnlijk slechter doen in een dalende markt. Evenzo laat een fonds met een beta lager dan 1 in een opgaande markt een lager rendement dan de benchmark zien en in een neergaande markt een hoger rendement.
De Alpha (1) geeft aan hoeveel beter een fonds heeft gepresteerd dan zijn benchmark als er rekening wordt gehouden met de mate van blootstelling aan de markt (zoals gemeten wordt door Beta). Als een belegger bijvoorbeeld hoge verwachtingen heeft van een fonds met een hoge Beta, zal de Alpha positief zijn als de verwachtingen worden overtroffen, maar negatief als het fonds de verwachtingen niet waar kon maken.
De Sharpe Ratio (1) geeft de prestaties van een beleggingsfonds weer, waarbij gecorrigeerd wordt voor risico. De maatstaf wordt berekend door gebruik te maken van de standaarddeviatie en de opbrengst van een fonds boven de risicovrije voet en geeft weer hoeveel rendement er per eenheid risico is behaald. Hoe hoger de Sharpe Ratio, hoe beter de risicogecorrigeerde prestaties van een beleggingsfonds.
Kosten
Er zijn vele soorten kosten die wel of niet worden doorbelast, zoals de eenmalige aan- en verkoopkosten, de transactiekosten, managementfee, beheerfee, bewaarloon en de performancekosten. Voor mij is daarom relevant uiteindelijk te kijken naar het netto-rendement t.o.v. het bruto-rendement en of de bijbehorende kosten op een rele wijze worden vastgesteld en doorbelast (marktconform).
Uiteindelijk gaat het natuurlijk om een zo hoog mogelijk netto-rendement, met een gepast risico. Het wordt je dus niet gemakkelijk gemaakt goed te zoeken naar een fonds dat bij je past. Er zijn sites die met ratings werken, maar vaak zijn niet alle fondsen daar aangemeld.
Succes met de keuze!