Obligaties: belangrijke kenmerken en obligatievormen
Bij beleggen komen obligaties veel voorbij. Het is een beleggingscategorie waarmee je vooraf weet wat voor rendement je maakt. Hierdoor is het een veilige belegging en de basis van elke goed gespreide beleggingsportefeuille. Maar wat bepaalt nou de rente van een obligatie? Aan welke invloeden is deze tijdens de looptijd onderhevig? En wat voor soorten obligaties zijn er verder?
Obligaties
Een obligatie is een schuldbewijs, uitgegeven door een overheid of onderneming. Met een obligatie leen je, in ruil voor rente (ook wel coupon genoemd), voor een bepaalde tijd geld aan een overheid of onderneming. Jij bent je geld dus voor een vooraf afgesproken termijn kwijt en de tegenpartij is verplicht aan het einde van de looptijd je geld terug te geven en de afgesproken rente uit te keren.
Belangrijke kenmerken: coupures, couponrente en de koers
De bekendste obligatie is de staatsobligatie en bedrijfsobligatie. Deze twee ‘normale obligaties’ worden ook wel ‘bulletlening’ genoemd. Een obligatielening heeft een nominale waarde (de totale waarde die een onderneming of overheid wil ophalen) en is opgedeeld in coupures (eenheden waarin je de obligatie op de beurs kunt kopen).
De vergoeding die je krijgt wanneer je geld uitleent aan een overheid of onderneming heet couponrente. Deze wordt samen met de coupondatum (uitkeringsdatum van coupon) van te voren bepaald. Ook de (resterende) looptijd en vervaldag is belangrijk bij het aangaan van een obligatielening.
Als laatste kenmerk is de koers van belang. Deze wordt uitgedrukt in een percentage van de nominale waarde. Voor het gemak laat men het percentageteken vaak weg.
Wat bepaalt de hoogte van de couponrente van een obligatie?
De hoofdregel is dat rendement en risico altijd met elkaar in verhouding staan. Doordat het risico op een obligatielening aan een onderneming hoger is (risico van niet terug betalen) dan een lening aan een overheid is over het algemeen de couponrente dus ook iets hoger. De kredietwaardigheid van een overheid of onderneming is hier dus een belangrijke graadmeter voor de hoogte van de rente.
Ook de looptijd van de lening heeft invloed op de vergoeding/rente die je ervoor wilt hebben. Des te langer je jouw geld uitleent des te hoger de rente moet zijn die hier tegenover staat.
Toch begint de allereerste indicatie van de rente bij de algemene marktrente vastgesteld door de overkoepelende toezichthouder, welke in Europa de Europese Centrale Bank (ECB) is.
Kredietwaardigheid van obligaties
Bij het selecteren van obligaties is kredietwaardigheid erg belangrijk. De partij waaraan je geld hebt geleend moet niet alleen in staat zijn de coupons jaarlijks te betalen, maar je wilt aan het einde van de looptijd ook graag je geld terug zien. Wanneer een partij failliet gaat is de kans erg groot dat je jouw inleg niet terug betaald krijgt (ook al heb je voorrang op andere schuldeisers).
Er bestaan ook achtergestelde obligaties waarbij je jouw voorrang opgeeft voor een hogere rente. Je kunt uitgebreid onderzoek doen naar de financiële kerncijfers van ondernemingen/overheden, maar je kunt ook je mening baseren op de ratings die gegeven worden door ratingbureaus. Deze bureaus , zoals Moody’s en Standard & Poor’s geven een indicatie van de kredietwaardigheid in termen als triple A (meest zeker dat partij geld terug betaald) tot en met C (minst zeker).
Looptijd
De resterende looptijd is belangrijk, omdat het van invloed is op het risico dat je loopt. Des te langer je moet wachten op terug betalen des te meer er kan gebeuren met kredietwaardigheid en de marktrente. Doordat je precies weet wanneer obligaties aflopen en hoeveel rendement je maakt kun je de hoogte en de looptijd van je investering vrij nauwkeurig afstemmen op eventuele toekomstige uitgaven.
Marktrente
De rentevergoeding is vaak de reden waarom beleggers in obligaties stappen. Toch hebben obligaties een koers die fluctueert. Deze fluctuaties komen met name door wijzigingen in de marktrente. Wanneer de markt rente stijgt, daalt de waarde van jouw investering en vice versa. Als je bijvoorbeeld een obligatie hebt gekocht met 2% rente en de toezichthouder verhoogt de rente naar 3%, worden er nieuwe obligaties uitgegeven met deze hogere rente. Dit maakt jouw ‘ oude’ obligatielening onaantrekkelijk, waardoor je een koersdaling tegemoet zal zien.
Welke soorten obligaties zijn er verder nog?
Naast de al genoemde bedrijfs- en staatsobligaties kun je op de beurs ook nog andere obligaties tegen komen.
- Converteerbare obligatie (ook wel convertibles genoemd), Een recht om als obligatiehouder onder bepaalde voorwaarden aandelen van de onderneming te kopen voor een van te voren vastgestelde prijs. De couponrente ligt meestal lager dan normale obligaties
- Reverse convertibles, Een recht aan de uitgevende onderneming (en niet jij als aandeelhouder) om onder bepaalde voorwaarden de lening in te ruilen voor aandelen. Hiermee loop je dus het risico niet 100% van je inleg terug te krijgen. Hierbij ligt de couponrente juist vaak hoger door het hogere risico.
- Zero-coupon bond, Zoals de naam al zegt krijg je geen rente bij deze lening. Doordat de koers vaak behoorlijk onder de 100% ligt kun je het bekijken alsof je de vergoeding/rente aan het einde van de looptijd ontvangt.
- Perpetuele obligaties, Bij deze obligaties is er geen afloopdatum. Hierdoor kun je eindeloos rente ontvangen en alleen je inleg (onderhevig aan koerswijzigingen) terug krijgen wanneer je verkoopt. Over het algemeen zijn deze obligaties gevoeliger voor veranderingen in de marktrente.
Lees verder