De marktvorm oligopolie in de economie
De naam ‘oligopolie’ hoor je niet zo vaak voorkomen in je dagelijkse leven. Toch heeft het een grote invloed op je dagelijkse leven. Wanneer je bijvoorbeeld schoenen wilt kopen, kan je kiezen tussen schoenen van Nike of Adidas. Je hebt te maken met een oligopolie. Verder heb je ook te maken met een oligopolie wanneer je naar de supermarkt gaat. Maar wat is nou een oligopolie? En wat voor invloed heeft een oligopolie op de consument?
Oligopolie
Buiten de marktvorm oligopolie zijn er ook nog andere marktvormen. De andere marktvormen zijn monopolistische concurrentie, monopolie en volkomen concurrentie. Deze marktvormen bepalen hoe hoog de prijs is voor de consument.
De marktvorm oligopolie
De marktvorm oligopolie kun je herkennen doordat er in een oligopolie een beperkt aantal marktaanbieders zijn. Die marktaanbieders hebben vaak een heel groot marktaandeel van samen ongeveer 90%. Degene met het meeste marktaandeel wordt de marktleider genoemd. Verder zijn er op deze markt weinig concurrenten. Maar hoewel er weinig concurrenten zijn kijken aanbieders heel veel naar elkaar, omdat het gedrag van een aanbieder veel invloed heeft op de andere aanbieder.
Heterogene goederen en homogene goederen
Op de marktvorm oligopolie handelen ondernemingen in heterogene goederen en homogene goederen. Heterogene goederen zijn goederen die in de ogen van consumenten verschillen. Doordat het product voor de consument verschilt, let de consument alleen op waar het product van afkomstig is. Producten in een oligopolie kunnen ook homogeen zijn. Homogene producten zijn producten die in de ogen van de koper identiek zijn. Hierdoor let de consument alleen op de prijs.
Soort concurrentie
Bij de soort concurrentie is het belangrijk of een onderneming homogene goederen of heterogene goederen verkoopt. Wanneer een bedrijf homogene goederen verkoopt, zal dit bedrijf kiezen voor de concurrentiestrategie: prijs of hoeveelheid. Bij prijsconcurrentie concurreren de bedrijven elkaar dan door prijsverlaging of kartelvorming. Bedrijven willen een zo groot mogelijk marktaandeel.
Wanneer er geen sprake is van een kartel wordt de prijsverlaging in gezet. Dit doen bedrijven, omdat dat de enige overgebleven manier is om klanten te binden.
Verder kan het bedrijf ook kiezen voor hoeveelheidsconcurrentie. Er wordt bij hoeveelheidsconcurrentie geprobeerd om grote hoeveelheden te verkopen en daarmee te concurreren.
Wanneer het goed heterogeen is, zal een bedrijf kiezen voor productdifferentiatie. Productdifferentiatie is het geven van eigen kenmerken aan het product met als doel het marktaandeel nog verder te vergroten. Met productdifferentiatie wil de aanbieder meestal ook de winst vergroten. Kledingwinkels kunnen bijvoorbeeld kortingsacties geven of gratis koffie en gebak geven aan elke bezoeker van de winkel. Met deze acties bind je klanten. Die klanten kopen dan producten van die onderneming, omdat daar hun voorkeur naar uit gaat. Daardoor wordt de winst vergroot.
Wat zijn voorbeelden van bedrijven in een oligopolie?
Een voorbeeld van een oligopolie is het merk ‘Nike’. Nike bezit een groot marktaandeel van ongeveer 30% in 2017 en let goed op zijn andere concurrenten in de oligopolie zoals het concurrerende merk genaamd ‘Adidas’. Wanneer bijvoorbeeld Adidas de prijzen van schoenen laat stijgen, doet Nike dit ook, omdat het meer winst op zal leveren. Dit is uiteindelijk voordeliger voor Nike en daarom neemt Nike de beslissing om Adidas mee te volgen in de prijsstijging. Nike doet dit, omdat Nike evenveel producten verkoopt alleen dan met een hogere winst. De prijzen van Adidas zijn ook verhoogd en daardoor kan de klant moeilijker uitwijken naar een goedkoper merk op diezelfde oligopolie.
Prijsbepaling
De prijsbepaling in een oligopolie is een belangrijk punt. De aanbieders op een oligopolie markt hebben een eigen prijsafzetfunctie. De prijs hangt hier niet alleen af van de afzet, maar ook van de prijzen van concurrenten. De prijs in een oligopolie kan dalen en stijgen en omdat bedrijven goed letten op de concurrenten zullen ze meestal mee gaan in de beslissing van de concurrent, omdat het ook hun bedrijf aantast. Wanneer de prijzen van een concurrent dalen, zal de aanbieder hierop reageren en waarschijnlijk de prijzen hierdoor ook laten dalen. Dit doet een onderneming, omdat anders de klanten naar de consument gaan, omdat het daar goedkoper is. Een onderneming wil juist klanten binden aan het bedrijf en daarom zal een onderneming samen met de concurrent de prijzen laten dalen. Dit doet het bedrijf uiteindelijk om meer klanten te binden waardoor die klanten bij jouw bedrijf iets gaan kopen. Het bedrijf zou de prijzen ook kunnen laten stijgen. Hiermee probeert het bedrijf een kartel aan te gaan met een ander bedrijf. Samen bepalen ze om de prijzen te laten stijgen en daar meer winst uit te genereren.
Kartel
Het kan zo zijn dat twee aanbieders op een oligopolie een kartel afsluiten. Een kartel is een afspraak tussen twee of meerdere bedrijven in een oligopolie om uiteindelijk de omzet te verhogen. Wanneer de twee aanbieders besluiten om de prijs van een bepaald product te laten stijgen, ontvangen ze uiteindelijk meer winst. Een kartel maken is echter illegaal. Er zijn dan ook instanties die onderzoeken of bepaalde bedrijven een kartel hebben. Een voorbeeld van zo’n instantie is de Autoriteit Consument en Markt (AMC). AMC controleert of bedrijven kartels hebben gevormd. Wanneer ze een kartel hebben ontdekt krijgt de overtreder een geldboete van maximaal 10% van de omzet. Dit doen ze, omdat het vormen van een kartel ervoor zorgt dat de markt faalt.
Hoe reageert de vrager op een oligopoliemarkt?
Op de marktvorm oligopolie bepalen de bedrijven de prijzen. Hierbij is concurrentie ook van invloed. Wanneer er concurrentie is zullen de bedrijven de prijzen laten dalen of stijgen om zo meer klanten te winnen. Wanneer een bedrijf bijvoorbeeld kiest voor prijsverlaging zullen andere bedrijven volgen. Andere bedrijven volgen, omdat ze anders klanten verliezen, omdat het bij een concurrent goedkoper is. Uiteindelijk is dit voordeliger voor de vrager aangezien de prijzen dalen en je dus voor een dienst of product minder hoeft te betalen. Een reactie van de vragers kan dan zijn dat ze door de lagen prijzen meer gaan consumeren. Dit is ook voordelig voor de bedrijven, omdat ze bij een lagere prijs meer producten of diensten kunnen verkopen wat kan leiden tot een grotere omzet.
Nadelige kant van de prijsbepaling door een oligopolie
Er kan voor de vrager ook een nadelige kant zitten aan een oligopolie. Bedrijven in een oligopolie kunnen namelijk met elkaar een kartel aangaan. Zoals aangegeven kunnen bedrijven in een oligopolie samen een kartel aangaan. Wanneer het doel van dat kartel zoveel mogelijk omzet met zo weinig mogelijk afzet is, besluiten de bedrijven om de prijzen te laten stijgen. Dit is nadelig voor de consument, omdat ze meer moeten betalen voor een product of dienst. Deze prijsverandering kan er voor zorgen dat de consumenten minder gaan kopen, maar dit leidt niet tot omzetverlies. Dat komt, omdat de prijs is gestegen en ze dus meer brutowinst krijgen per product. Hoewel een kartel illegaal is, wordt dit zeker niet altijd ontdekt door een instantie die opzoek is naar kartelen. Doordat ze dus de bedrijven die met een kartel werken niet te pakken krijgen, gaan de prijzen alleen maar omhoog en is dit nadelig voor de consument.
Conclusie
Een oligopolie is een marktvorm in de economie. Op deze markt zijn weinig aanbieders en is er sprake van concurrentie. De prijs van bedrijven in een oligopolie is afhankelijk van het eigen bedrijf en de concurrent. Dit kan voordelig en nadelig eindigen voor de consument. Wanneer bedrijven een kartel aangaan, is dit nadelig voor de consument. Maar wanneer de prijzen omlaag gaan is dit voordelig voor de consument. Kortom een oligopolie is een marktvorm met veel dynamiek.