Uw voorlopige aanslag wijzigen of stopzetten
Wanneer je een maandelijkse voorlopige teruggave ontvangt van de belastingdienst, of maandelijks een bedrag moet betalen, kunnen je persoonlijke omstandigheden wijzigen, waardoor de voorlopige aanslag te hoog of te laag is vastgesteld. Het is dan verstandig om een wijziging in te dienen, om te voorkomen dat je het jaar erop moet terugbetalen.
Voorlopige aanslag
In het verleden was er verschil tussen de VT (voorlopige teruggave) en de VA (voorlopige aanslag). De één was te ontvangen, de ander te betalen. Tegenwoordig vallen beide onder de noemer voorlopige aanslag. Een voorlopige aanslag is een aanslag die in het jaar zelf wordt opgelegd, zodat je een voorschot krijgt of moet betalen wat normaal pas na afloop van het jaar door middel van de aangifte berekend wordt.
De voorlopige aanslag is gebaseerd op geschatte gegevens voor het lopende jaar. Deze gegevens kunnen onjuist zijn, of uw persoonlijke situatie kan wijzigen, bijvoorbeeld door de verkoop van een huis, de geboorte van een kind of een scheiding. Wanneer dit gebeurd, is het verstandig de voorlopige aanslag te controleren en zo nodig te wijzigen.
Wijzigen
Een wijziging op een voorlopige aanslag kan op twee manieren doorgegeven worden. Dit kan door middel van het programma " voorlopige aanslag" op www.belastingdienst.nl, of op papier, door middel van het formulier "verzoek of wijziging voorlopige aanslag". In het programma of op het formulier moet de nieuwe situatie voor het hele kalenderjaar opgegeven worden. Er moet dus een geschat bruto jaarinkomen opgegeven worden, en ook aftrekposten moeten voor het hele jaar opgegeven worden.
Het digitale programma berekend gelijk wat het te betalen of te ontvangen bedrag is. Deze moet met een DIGID code ondertekend en verzonden worden. Het papier moet opgestuurd worden naar het retour adres. De verwerking van een wijziging of aanvraag voor de voorlopige aanslag duurt normaal maximaal 6 weken.
Stopzetten
Het kan natuurlijk voorkomen dat u helemaal geen recht meer op een teruggave hebt. Dan kan het nodig zijn om de voorlopige aanslag volledig stop te zetten. Dit over het algemeen niet zo eenvoudig als het wijzigen, er is namelijk geen standaard programma of formulier beschikbaar waarin u aan kunt geven geen voorlopige aanslag meer te willen.
Aftrekposten
Wanneer u een teruggave gebaseerd op aftrekposten wil stopzetten zult u gebruik moeten maken van het programma of formulier zoals bij "wijzigen" genoemd wordt. U kunt er voor kiezen om de betreffende aftrekpost niet meer in te vullen op het formulier. Als u dit doet, en u heeft al wel een voorlopige uitbetaling gekregen, moet u er rekening mee houden dat dit weer terugbetaald moet worden. Wanneer u dit niet wilt, omdat u bijvoorbeeld wel een deel van het jaar recht had op de aftrekpost, zult u het naar tijdsgelang moeten invullen.
Voorbeeld:
Uw heeft 6 maanden recht op hypotheekrenteaftrek, terwijl de voorlopige aanslag nu nog gebaseerd is op 12 maanden.
In het wijzigingsprogramma of formulier vult u het bedrag aan hypotheekrente in wat u daadwerkelijk over die 6 maanden betaald heeft. Het terug te ontvangen bedrag wat hier uit voort komt is gelijk aan de teruggave van de belastingdienst die u de eerste 6 maanden ontvangt. Vanaf de zesde maand wordt er dus niet meer uitbetaald.
Heffingskortingen
Op het moment dat u een voorlopige aanslag heeft die alleen gebaseerd is op heffingskortingen (zoals algemene heffingskorting, alleenstaande ouderkorting en dergelijke) is het stopzetten wat eenvoudiger. Hier bestaat namelijk het programma of formulier "Stopzetten voorlopige aanslag voor heffingskortingen" voor. Met uitzondering van de algemene heffingskortingen, deze is per maand stop te zetten, zijn de andere heffingskortingen alleen maar vanaf 1 januari stop te zetten, waardoor het kan voorkomen dat er dus teveel ontvangen heffingskorting terugbetaald moet worden.
Telefonisch stopzetten
Het is tegenwoordig ook mogelijk om bepaalde heffingskortingen en aftrekposten telefonisch stop te laten zetten via de belastingtelefoon (0800-0543). Hierbij kunnen er maximaal 2 aftrekposten en heffingskortingen stop gezet worden. Hierbij geldt wel dat de aftrekposten en heffingskortingen alleen vanaf het begin van het jaar stop gezet kunnen worden, dus vanaf 1 januari van het lopende belastingjaar. Verhogen of verlagen van een teruggave of te betalen bedrag is niet telefonisch mogelijk. Bij het telefonisch stopzetten kan het dus voorkomen dat een teruggave die in eerdere maanden ontvangen is weer terug betaald moet worden.